facebook pixel

Basketbaloefeningen voor de techniek dribbelen

Iedereen een bal en verdelen over de lengte van het veld

- Dribbel heen en weer; jumpstop, pivoteren aan de overkant of blijf doordribbelen.
- Warming up: beginnen langzaam, 50, 70, 100%

Varianten:
- Dribbel links heen, rechts terug.
- 2x links, 2x rechts.
- Bal over de grondrollen, 8-tjes maken.
- Bal vast en met 2 benen springen.
- The Crab.
- Tussen de benendoor, high en low.
- Lijnen aantikken onderweg.
- Onderweg 5x opdrukken, 10 buikspieren, 30 seconden tappen
- Lage dribbel; snel links/ rechts.
- Hoge dribbel met huppel, achteruit. Achter de rug langs, draai om as. 

Stilstaand
- Stilstaand: door de benen, stap uit, dribbel, stap terug, 8-tjes laag dribbelen, achter je rug langs. 
  • 3x links, 3x crossover, 3 x rechts.
  • Met 1 hand van links naar rechts duwen.
  • Through steps, dribbel naar achteren door benen en weer naar voren, blijft op 1 lijn.
  • Dribbel van hoog naar laag, zitten en weer opstaan.
  • Achter je standbenen dribbel.
Pionnen
  • 2 pionnen cross-over raak pylon aan met je hand - scherm bal af
  • 2 pionen, achtje om de pylonnen heen -  1 hand
  • rijtje pylonnen -  slalom

  • De helft van de basketballers heeft een bal.
  • Deze basketballers dribbelen kris kras door de zaal heen.
  • Op fluitsignaal pasen ze de bal naar iemand waarmee ze eerst oogcontact hebben gemaakt.
  • De pass die ze daar bij gebruiken mogen ze zelf uit kiezen.
  • Kies de pass die in die situatie het beste is.
  • Sta je dichtbij geef je geen basebal pass.


basketbal-dribbel-2

  • Spelers opdelen in groepen van 5.
  • Normaal gesproken hebben we 2 of 3 baskets beschikbaar.
  • Bijvoorbeeld om de 7 minuten doordraaien, eerste centrale uitleg. (meeste begeleiding bij de dribbelskills nodig)
  • Station 1. (basket 1)
    • 3x2 spelen vanaf de middellijn zonder dribbelen (alleen passen, vrijlopen, pivoteren)
  • Station 2. (basket 2)
    • 1x1 spelen (doorwisselen, aanvaller wordt verdediger, af en toe de volgorde aanpassen om verschillende match-ups te krijgen, 1-schotpoging of onder tijdsdruk om de vaart erin te houden)
  • Station 3. (Basket 3 - indien beschikbaar)
    • Schotoefening: 5 posities op rand bucket (laag, elleboog, vrijeworplijn, elleboog laag)
    • 1 speler schiet, rest vangt af en passt bal (1x schieten per positie, gaat om hoogste score van de groep)
  • Station 4 dribbelskills. (1-2 pionnen)
    • Over de pylon (niet meenemen, hou controle, van links naar rechts, 1 hand achter de rug)
    • Pylon optillen met links, dribbels met rechts (opgooien pylon, vangen met de andere hand)
    • Links/rechts en pylon aantikken (timer, tellen) – hand die de bal loslaat moet pylon aantikken (lage positie, verdedig de bal)
    • 2 pionnen, links dribbel, rechts aanraken
    • 2 pionnnen (8-tje dribbelen met 1 hand)
  • Station 5 dribbelskills. (rijtje pionnen)
    • Slalom om de pionnen heen, laag dribbelen, heen en terug (tempo)
    • Variant: laag dribbelen, voeten aan weerzijde van de pionnen, cross na iedere pylon.
    • Laag dribbelen, raak steeds de volgens aan.
    • Blijf in controle, blijf aan dezelfde kant. (links dribbelen, met recht pion aanraken)
  • Partijtjes met verschillende opdrachten/beperkingen. 
  • Let op:
    • Vrij lopen.
    • Niet blind dribbelen.
    • Goed passen.
    • Pivoteren.
    • Praten.
  • 3x3 zonder dribbelen. (1 basket)
  • Met eerst 10x passen.
  • Beide teams op de achterlijn liggen. (op buik)
  • Trainer brengt bal in het spel via schot of stuiter. (snel positie kiezen, wie valt er aan?)
  • Gewoon spelen tot de 10. (end game)


1-tegen-0-en-2-tegen-1-terug-2  

Iedereen een bal en verdelen over de lengte van het veld

- Dribbel heen en weer (jumpstop, pivoteren aan de overkant, of blijf door dribbelen).
- Warming up: beginnen langzaam, 50, 70, 100%.

Varianten:

- Dribbel links heen, rechts terug.
- 2x links, 2x rechts.
- Bal over de grondrollen (8-tjes maken).
- Bal vast en met 2 benen springen.
- the Crab.
- Tussen de benendoor (high en low).
- Lijnen aantikken onderweg.

- Onderweg 5x opdrukken, 10 buikspieren, 30 sec tappen.
- Lage dribbel (snel links/rechts),
- Hoge dribbel met huppel, achteruit.
- Achter de rug langs, draai om as.

- Stilstaand: door de benen (stap uit, dribbel, stap terug), 8-tjes laag dribbelen.

  • Nadat je de lay-up gemaakt hebt, 
  • vang je de bal af en 
  • speel je ‘m door met een stuitpass naar een speler zonder de bal in de rij waar je uit vandaan komt

lay-up-oefening-over-de-hele-breedte-van-de-zaal

  • Voor de conditie is dit een goede oefening: 
  • De groep moet in een rij gaan staan en je laat ze rustig beginnen met dribbelen. 
  • Zodra de trainer op zijn fluit blaast moet de laatste van de rij naar voren rennen. 
  • Dit doe je totdat iedereen is geweest en dan laat je ze het rondje uitlopen. 
  • De docent kiest 2 tikkers uit.
  • Zij moeten binnen hun tikkersvak blijven (binnen de 4 pionnen) en de basketballen van de lopers wegtikken als die willen oversteken.
  • De lopers moeten dus dribbelend naar de overkant zien te komen zonder hun basketbal te verliezen.
  • Als een loper de basketbal niet meer bij zich heeft is hij af en wordt hij automatisch een tikker.
  • Een tip die je aan de lopers kan geven is dat ze de bal afschermen met hun lichaam.
  • Dit betekent met je lichaam tussen de bal en de tegenstander blijven.
  • De leerlingen mogen pas opnieuw oversteken als iedereen is getikt of de overkant heeft gehaald.
  • Uiteindelijk krijg je naarmate het spel vordert steeds meer tikkers en steeds minder lopers.
  • De loper die als laatste overblijft is de winnaar.



drawing haal de overkant

De spelers staan rond de bucket of op de vrijeworp-lijn en proberen in de basket te scoren. Varieer hierbij van positie en afstand.

De spelers dribbelen vanaf de middenlijn richting de vrijeworp-lijn en proberen vanaf daar binnen 5 seconden te scoren.

  • Twee rijtjes aan de zijkant ter hoogte van de middenlijn. 
  • Bal is aan 1 zijde, aanvaller bepaalt wanneer hij vertrekt en loopt naar de middenlijn waarin hij helemaal moet zijn geweest. 
  • De verdediger vertrekt ook maar hoeft de middencirkel alleen aan te raken. 
  • Doel van de oefening is om als verdediger voor de aanvaller te komen. 
  • Score is voor de verdediger 3 push-ups, mis is voor de aanvaller 3 push-ups.
drawing Recovery
  • Iedereen een bal, opstellen in grote cirkel. 
  • Trainer doet oefening voor, spelers doen na:
    • Spreidstand, rol de bal in een 8-vorm tussen de benen
    • Draai de bal rond je middel, hoofd benen (wissel van richting)
    • Dribbel met link, rechts, wisselen van hand
    • Hele groep gelijk laten dirbbelen (ritme-oefening, allemaal in de maat!)
    • Dribbel tussen je benen door
    • Dirbbel achter je rug langs
    • Schotbeweging omhoog (uitstrekken arm, nawijzen, opvangen)
    • Spreidstand (beweeg de bal in 8-vorm zonder de grond te raken)
    • Bal boven je hoofd, passen met vingertoppen van links naar rechts