facebook pixel

Handbaloefeningen voor de techniek 1,5 meter / corona / covid-19

  1. 5 min lopen: in een tempo dat 5 min het zelfde blijft. hoeveel rondjes kan je lopen.
  2. rekken en strekken: armen, schouders, benen, romp
  3. buikspieroefeningen: heffen, scharen, buig en streken.
  • Spelers tegenover elkaar spelen bal over, beginnen op 3 meter. 
  • Trainer geeft aan wanneer ze een stap naar achteren moeten doen. 
  • Spelers blijven de bal goed overspelen. 
  • Valt de bal dan gaan de spelers zitten. 
  • Welk 2-tal blijft er over op welke afstand?
  • 5 aanvaller, 
    • dus zonder cirkel 
    • kan ook zonder verdediging 
    • gaat om concentratie en balcontrole en correcte uitvoering van een wissel
  • MO gaat 2wissel aan met LO 
  • LO gaat pass spelen naar de RO
  • RO gaat de 2wissel aan met de LH
  • LH pass de bal naar de vlg MO en alles nu de andere kant op
  • hoekspelers gaan aansluiten bij de MO, 
  • RO+LO gaan aansluiten in de hoeken en de MO sluiten aan bij de LO of RO
drawing 2 Wissel in een aanval
  • spelers staan in een rij met bal. 
  • de voorste springt van de bank gaat achterwaarts om de bank heen en werpt op doel.
  • sluit andere rij aan


doelwerpen-4


  • idem met verdediger


doelwerpen-4

  • Speler 2 speelt bal naar speler 1 en loopt naar pion 
    • 2 krijgt daar de bal weer aangespeeld van speler 1
    • Speelt bal weer terug naar speler 1 en loopt achterwaarts terug om pion 1 en loopt door naar pion 3 en krijgt daar de bal weer aangespeeld door speler 1 
    • Speelt de bal weer terug naar speler 1 en loopt dan weer achterwaarts om pion 1 en door naar midden tussen pion 2 en 3 en krijgt de bal in de loop aangespeeld door speler 1 en rond af op doel.
  • Alles op snel tempo.
drawing tempo spelen opbouwers
  • Elke kleur vertegenwoordigt een oefening. 
  • De cijfers vertegenwoordigen het aantal herhalingen.
    • Je schudt het kaartspel goed, legt de hele stapel omgekeerd neer en samen met je trainingsbuddy speel je zo snel mogelijk het hele kaartspel op.


Kaartspel-workout 2

  • ?? harten > push ups
  • ?? schoppen > burpees
  • ?? klaveren > air squats
  • ?? ruiten > full body v-ups
  • Boer > 12 herhalingen
  • Vrouw > 16 herhalingen
  • Heer > 20 herhalingen
  • Aas > 20 lunges (links en rechts)
  • Joker > 25 squat jumps
  • Zet 3 rijtjes neer op de opbouwposities
    • Ruimte nemen, 
    • voor de 9 meter palen of pion op de verdedigende posities. 
  • Bal 1 keer rondspelen
  • Midden start met bal naar links, tussen 2 pionnen door. 
  • LO start achterlangs en ontvangt bal van MO
  • LO start door naar rechts
  • RO start achterlangs en rond af op doel


Herhalend: MO bepaald zelf welke kant de wissel ingezet word

Herhalend: Met 3 verdedigers 


  • 2 tallen overgooien
  • 10 x overspelen, dan een stapje verder uit elkaar en overspelen zonder boog
  • Overspelen met 3 pas
  • Overspelen met 3 pas en sprongschot
  • Spelers verdelen over 2 groepen
  • In elke hoek staan een aantal spelers
  • Om en om schieten de hoekspelers op doel
  • Bal halen en aansluiten op andere hoek
  • Daarna opbouwposities 
drawing werptraining 2
  • Speelsters verdelen over de drie opbouw posities. 
  • Bal begint in het midden. 
  • Linker opbouw loopt in, ontvangt de bal en speelt naar rechter opbouw, die ook in komt. 
  • Vervolgens start de midden in en ontvangt de bal van de rechter opbouw. 
  • Dan begint weer opnieuw. 
  • Speelsters nemen positie over van degene aan wie zij de bal afgespeeld hebben. 


  • Uitbreiden naar linker opbouw komt in en ontvangt de bal van de midden. 
  • Speelt af naar de rechter opbouw die achterlangs komt. 
  • Rechter opbouw speelt weer af naar midden die ondertussen de positie van de linker opbouw heeft overgenomen. 
  • Midden rond af op doel. 
  • Je hebt 2 teams op een volleybalveld met aan de achterkanten van het veld allebei een klein goal.
  • Er staat aan allebei de kanten 1 speler en de andere spelers staan aan de zijkant van het veld.
  • 1 speler gooit de bal op het goal van de tegenstander de speler die gooit gaat uit het veld en een andere speler van het team gaat erin.
  • De keeper pakt de bal en gooit dan op goal en gaat eruit.
  • Zo gaat het de hele tijd door.
  • Als je scoort krijgt je team een punt.
  • Met een sprongschot mag je niet over de middellijn heen landen en je mag dus niet over de middellijn heen.



drawing Gooien en schieten
  • Twee a drie mensen op de linkeropbouw (kan uiteraard ook een andere positie zijn) en moeten schieten. 
  • De rest van de spelers verzamelen ballen en een speler speelt steeds de ballen aan. 
  • Schieten van de linkeropbouw achter elkaar door. 
  • De speler die het eerste tien keer scoort heeft gewonnen. 
  • Als je hebt geschoten moet je achterwaarts weer naar je positie lopen.