Korfbaloefeningen voor de techniek aanval / scoren
Als rustigere oefening tussendoor:
- 2-tal schiet onder de paal tot de 11
- dan de 11 nog een keer en weer naar 0.
Om het moeilijker te maken kan je per misser er 1 afhalen of per keer dat de bal op de grond valt.
- Per persoon moet iedereen 10 doorballen scoren, dit gaat per groepje van 3 of 4.
- Bij een misser gaat het hele groepje naar de andere kant van het veld op tempo lopen en terug.
- Degene die gemist heeft, neemt de kans opnieuw.
- Tot er per speler 10 zijn gescoord.
- Er wordt gewerkt met een 2 tegen 2 situatie, de 5de speler is steeds een aanvaller en mag eveneens scoren. Wissel deze speler elke 3 minuten.
- Duidelijk het belang aanduiden van de passing, elke pass moet een kans kunnen zijn.
- De korven ongeveer 10 meter uit elkaar.
- Bij een doelpunt is de bal voor de verdedigende partij.
Upgrade:
- Wanneer er aanvallers de bal (duidelijk) onder de schouders wordt brengen, moet de bal op de grond gelegd worden en mag de andere ploeg aanvallen (niet schotklaar zijn)
- Minimaal aantal passen aanduiden
- Eventueel veldje afbakenen rond de palen, alleen daarin mag worden gescoord
- Eventueel beslissingsperiode van de aanvallers in balbezit inkorten
- Leg een vierkant uit rond de korf, hierin moeten de aanvallers blijven:
- Aanvallers moeten onmiddellijk (+/- 3 seconden) beslissen om door te spelen of te schieten.
- Speel 3 aanvallen en wissel dan door, aanval eindigt bij een doelpunt, wanneer de bal buiten het veld is of wanneer er een onderschepping door de tegenstander is
Upgrade:
- Aanvallers mogen ook slechts 5 passen geven
- Aanvallers mogen slechts 3 passen geven
- Wanneer er aanvaller de bal (duidelijk) onder de schouders wordt gebracht, is de aanval ook ten einde (niet schotklaar zijn)
- Eindig met een wedstrijd 3 tegen 3 op 1 korf.
- Bij onderschepping speel je 3 passen en dan wissel je van functie
- Team van 7 speelt met een vaste rebounder.
- Deze mag geen doorloper aanspelen, tenzij dit onmiddellijk na een schotkans is.
- Hij/zij mag ook verder niet betrokken worden in het spel.
- Je moet dus 3 tegen 3 vrijkomen.
- We spelen 4:4 waarbij tot het eerste schot komt er een afvang onder de paal is.
- Daarna komt de afvang uit de ruimte.
- De aangever staat, ten opzichte van de schutter, aan de zijkant van de paal. (Dus aangeven vanuit de ruimte.)
- 3-tallen onder de paal.
- 1 persoon onder de paal + 2 personen voor en achter de paal.
- Bal gaat vanuit onder naar de persoon voorin, die past hem terug naar de aangever.
- De 3e persoon is met een in-uit beweging bezig en krijgt de bal van de aangegeven 3e persoon schiet.
- Aangeef vangt de bal en past die weer uit naar de persoon die net geschoten heeft en zo gaat het riedeltje opnieuw.
- 6 scoren met z'n 2en is wisselen met de persoon onder de paal.
Opdracht:
- Aanval:
- Kies binnen de gestelde tijd een juiste positie voor strafworp of vrije worp.
- Verdediging:
- Stel je binnen de gestelde tijd goed op t.o.v. van je aanvaller voor strafworp of vrije worp.
Regels:
- Leider roept of er een vrije worp of een strafworp gegeven en wie hem gaat nemen.
- Aanvallers en verdedigers stellen zich binnen de gestelde tijd op.
- Fouten worden positief besproken.
- Bij hogere teams alleen pion voor strafworpstip neerleggen.
- 1 iemand schiet vanaf voor de korf.
- 1 iemand staat links achter bij een pion, de ander rechts achter bij een pion, ongeveer 5 meter van de paal en tussen elkaar.
- De gene voor de korf schiet.
- Wanneer de bal los is gaan de 2 van achter de korf het rebound duel aan.
- Bij 3x de rebound hebben gewonnen, mag die gaan schieten.
- Welk 4-tal scoort als eerste 3x.
- Overige speelsters schieten een triootje. (tot max 10x scoren)
- Met tweetallen van afstand schieten 3x scoren pp.
- Open spel je mag als aanvaller alleen schieten als je de bal niet hebt ingespeeld.
- Welk 4 tal scoort als eerste 3x.
- Overige speelsters schieten een triootje. (tot max 10x scoren)
- Met tweetallen van afstand schieten 3x scoren pp.
- 2 aangewezen mensen mogen alleen vanuit de steun positie tot schot komen, de andere twee mogen schieten als er een vang staat.
- Overige speelsters schieten een triootje. (tot max 10x scoren)
- Met tweetallen van afstand schieten 3x scoren pp.
- Nu mag alleen van afstand worden geschoten.
- Speel in het 1:1 met een verdediger.
- De verdediger gaat er vol voor en probeert alles te verdedigen.
- Creëer als aanvaller 3 kansen en benut die kansen.
- Iedere speelster is 2x aanvaller/verdediger/aangever.
- een vak bij een korf.
- De dames of de heren beginnen onder de korf, het andere tweetal gaat op een meter of 7 staan.
- Markeer dit mbv een pilon.