facebook pixel

Voetbaloefeningen

  • Opmerking: 
    • 2 keepers wisselen constant af, om de 5 ballen.
  • Afwerkoefening.
  • Tot een schot komen d.m.v. zuivere passing.
  • Volgorde: 
    • Pass.
    • Opendraaien + pass.
    • Opendraaien + pass.
    • Kaats.
    • Pass.
    • Afleggen. 
    • Afronden.
  • Logisch doordraaien spits die aflegt haalt de bal op van de speler die heeft geschoten. 
  • De speler die schiet doet direct weer mee als centrale kaatser in de punt
drawing Afronden
  • Afwerkvorm tijdens opendraaien en/of na de kaats 15 - 20 minuten.
  • Variant 1 met opendraaien.
    • Speler 1 paast speler 2 in.
    • Speler 1 loopt naar pion bij speler 2.
    • Speler 2 draait open en paast speler 3 in.
    • Speler 2 loopt naar pion bij speler 3.
    • Speler 3 draait open en schiet gelijk op goal. 
    • Speler 3 haalt de bal op en sluit achteraan bij speler 4.
  • Variant 2 met kaatsen.
    • Speler 4 speelt speler 5 in.
    • Speler 4 loopt naar pion bij speler 5.
    • Speler 5 draait open en speelt speler 6 in.
    • Speler 5 loopt door naar en laat zien waar hij de bal wil hebben.
    • Speler 6 kijkt waar speler 5 de bal wil hebben en kaatst die baal daar heen.
    • Speler 5 kaatst de bal terug op de 11 meter en loopt daarna snel terug naar de pion bij speler 6.
    • Speler 6 gaat pas lopen wanneer de bal gespeeld wordt en schiet de bal op goal. 
    • Haalt daarna snel de bal op en sluit achteraan bij speler 1.
  • Bij 9 - 10 spelers is deze oefening zo goed. 
  • Heb je er 12 of meer dan de volgende variatie toepassen. 
  • Deze drie punten zijn dan als vervanging van punt 1.
    • Speler 7 passt de bal naar speler 1(of 6).
    • Speler 1(0f 6) kaatst de bal schuin terug. en loopt naar de pion bij speler 2(of 5).
    • Speler 7 loopt in de bal en speelt de bal naar speler 2(of 5).


drawing Afwerkvorm met kaatsen en opendraaien
  • Matchvorm  4 vs 4 
  • (1-2-1) bal ingooien
  • Spelers op de flanken dienen op de flanken te blijven 
  • Geen dribbels 
  • Passing is belangrijk scoren niet
  • Probeer op te bouwen via flank
  • Negen vraagt de  bal en kaatst met vleugel 
  • Keuze ofwel aanvallen ofwel openen andere kant via je 5 
drawing Matchvorm met inworp
  • Je past de bal naar de man voor je
  • Die dribbelt de bal tot aan het volgende potje 
  • Hij legt de bal voor zichzelf klaar en schiet op doel
drawing pas dribbels scoor

verdedigers-tegen-aanvallers-1

Veldopstelling:

1 groot doel en 2 kleine piondoeltjes langs elke lijn en 1 bal.

Spelverloop:

4 spelers paars spelen partij tegen 4 spelers wit.

Spelregels/tips:

  • Als er is gescoord moet de bal aan het andere team worden gegeven.
  • Er mag niet van eigen helft worden gescoord.
  • Als de bal over de lijn is moet worden ingegooid.
  • De aanvallers moeten scoren op het grote doel en de verdedigers op de 2 kleine piondoeltjes.

4-6 lijnen  met gekleurde hoedjes. trainer roept kleur, spelers sprinten naar de gekleurde lijn

2-tallen met de rug tegen elkaar tegelijk gaan zitten en weer opstaan.

ruggelings-zitten-en-opstaan-1

Twee groepen nemen het tegen elkaar op in een estafette.

  • Speler sprint naar de pionnen, pakt een bal en dribbelt langs/door de pionnen en probeert in één beweging middels een hard schot (dus bovenkant voet) één van de pionnen omver te schieten. 
  • De groep heeft gewonnen als de pionnen om zijn.


Spelregels/tips:

  • De speler moet zelf zijn bal op halen en terug bij de pionnen leggen
  • Een andere speler mag pas beginnen als de speler voor hem aan het dribbelen bij de pionnen begint. zijn bal heeft weggepakt.
  • De verdedigers (formatie 1-2-2) proberen te voorkomen dat de aanvallers kunnen scoren, door de ruimte zo klein mogelijk te maken en ten koste van alles de bal te veroveren of de bal te blokkeren
  • De verdedigers helpen elkaar door de onderlinge afstand zo klein mogelijk te houden
  • De aanvallers (formatie 4-2) proberen het veld zo groot mogelijk te maken om tot een doelpoging te komen
  • De verdedigers kunnen na het veroveren van de bal proberen te scoren in een klein doeltje
  • De aanvallers kunnen scoren in een groot doel met keeper
  • Wanneer de bal uit gaat, wordt hij weer ingetrapt op de plek waar hij uit is gegaan



6-tegen-4-uitspelen-2

pasvorm-1

  • Spelers A en D starten met de bal te leiden naar spelers B en E (1), 
  • Die laatste maken zich aanspeelbaar naast de stok  waarop A en D de bal inspelen (2). 
  • B en E kaatsten de bal terug (3) waarop A en D de bal opnieuw mee geven (4). 
  • Vervolgens gaan B en E de bal inspelen op C en F (5) 
  • Die een gerichte controle doen achter de stok (6) om dan de bal in te spelen op A en D 
  • Die zich aanspeelbaar maken (7), 
  • C en F vragen de bal terug waarop A en D inspelen (8) en 
  • C en F kaatsten de bal opnieuw mee terwijl A en D achter de stok lopen (9).

Maak een vierkant

  • 1 speler in het midden
  • 3 spelers op de lijnen van het vierkant met 2 ballen
  • speler 1 wordt ingespeeld door de speler op de hoek.
  • speler 1 neemt de bal aan en draait door naar de andere hoek van het vierkant.
  • de speler op de hoek rent door naar de andere hoek.
  • Hier volgt een soort carrousel. 
  • De bl gaat altijd kruislings, van de ene hoek naar de andere hoek.
drawing Barca oefening

sneller-proberen-de-bal-terug-te-winnen-7

Organisatie:

  • Er word 4 tegen 4 + keeper gespeeld.
  • Als de partij die op de grote goal moet scoren de bal is kwijtgeraakt, moeten ze 5 doeltjes verdedigen.
  • Na 15 minuten wisselen van helft.

Opmerkingen:

  • Als de aanvallers van de driehoekjes partij de bal kwijtraken, kan dit heel snel een tegendoelpunt opleveren.
  • Vooral de spelers die in de competitiewedstrijden te weinig meeverdedigen kunnen deze partijvorm niet leuk vinden.

    Aandachtspunten:

  • Op tijd de man dekken.
  • Niet happen.
  • Aan de goede kant dekken.
  • Houding tijdens de duels, door de knieën.