Voetbaloefeningen voor o13 jeugd
Aan de korte zijde van het veld is een vak over de lengte van het veld (ongeveer een meter)
De aanvallende ploeg (4) moeten de bal in het vak weten te krijgen. De bal moet in het vak stil worden gelegd door 1 van de spelers van het aanvallend team. Dan is er gescoord.
Komt de bal zonder te stoppen in het vak, of gaat de bal uit het veld of word de bal aangeraakt door 1 van de twee verdedigers dan wordt er gewisseld met aanvallers en verdedigers.
Spelers zelf laten rouleren zodat er steeds nieuwe verdedigers en aanvallers zijn en 2 of 3 aan de kant.
- In deze oefening is het de bedoeling dat een aanvaller ingespeeld wordt door een middenvelder terwijl die een verdediger in z'n rug heeft.
- De aanvaller moet de bal 5 seconden in bezit houden zodat de middenvelder bij kan sluiten en de bal kan ontvangen.
- De verdediger moet proberen de bal af te pakken.
8 tegen 4 (of 6 tegen 3 of 10 tegen 5) in afgebakende ruimte.
- Aanvallers tegen verdedigers in vak van 30x20 tot 40x30
- Overtal aanvallers tegen ondertal verdedigers.
- Aanvallers beperken in bal aanrakingen.
- Verdedigers belonen door te laten scoren in klein doeltje.
- Speler 1
- staat op de rand van de 16 meter / 11 meter stip (afhankelijk van het niveau van de spelers)
- Speler 2
- staat op de rand van de middencirkel en speelt de bal in op speler 1.
- Speler 1
- kaatst de bal op de inlopende speler 2.
- Speler 2
- schiet op het doel.

Opstelling:
- Veld van 10m op 10m
- 1 of 2 toverbomen (trainers) in het midden.
- 1 bal per speler.
- Opdracht 1:
- Spelers lopen van de ene kant van het toverbos naar het andere.
- Zonder de bal te verliezen.
- Opdracht 2:
- Spelers lopen van de ene kant van het toverbos naar het andere.
- Zonder de bal te verliezen.
- Maar op gelet; de toverbomen zijn wakker geworden.
- En bewegen door het bos.
- Opdracht 3:
- Spelers lopen van de ene kant van het toverbos naar het andere.
- Zonder de bal te verliezen.
- Maar op gelet; de toverbomen zijn wakker geworden door een storm ze bewegen door het bos.
- Maar er liggen ook overal takken en bladeren.
Tweetallen / twee rijen met hoedjes/dopjes
- overtikken
- overgooien via bovenbeen en volley
- Overgooien via borst en volley
- ZigZag om je eigen pilonnen heen voorwaarts achterwaarts
- Hoge trap
- bal aantikken, naar achteren bal terug koppen
- knie aantikken (fluitje)
- Speler past de bal naar de spits.
- Spits kaatst de bal terug
- Een speler speelt de bal diep in de hoek.
- De Derde speler sprint die kant op en geeft de bal voor.
- de eerste speler is meegesprint en werkt af op de goal
Teamtaak:
Opbouwen
Doel:
Verbeteren van op juiste moment diep spelen.
Organisatie:
- Veld van bijv. 30x30,
- Verdeeld in 16 vakken.
- Aan 2 zijden staan
- 2 goaltjes.
- 2 teams van 6.
- 2 spelers per team staan verdeeld over achterste 4 vakken,
- 4 spelers hebben allen een eigen vak.
- Er is een vak met verdedigers tussen de twee delen van het team.
- Viertal moet tweetal bereiken, tweetal kan scoren in doeltjes (zie afbeelding).
- Moeilijker:
- Maximaal 10 passes.
- Zie afbeelding.
- 1,5 meter: door vakken kunnen spelers niet met elkaar in duel komen of dicht bij elkaar komen
Teamtaak:
Opbouw
Doel:
Verbeteren aanname om tegenstander te "verplaatsen"
Organisatie:
- Positiespel 3/4x1 in vierkant vak van 6x6.
- In midden staat pion, team balbezit moet deze pion omschieten voor punt, verdediger moet dit voorkomen.
- Iedere speler team balbezit staat op een zijde van het vak.
- Er mag alleen verdedigt worden door pass op pion te onderscheppen.
- Wedstrijd/fun- element kan worden versterkt door af te spreken dat degenen met de meeste punten na 5 minuten hebben gewonnen, rest moet bijvoorbeeld 10x opdrukken of sprintje trekken.
- Kan moeilijker worden gemaakt doordat aanvallende partij in 10 passes moet scoren.
Coaching:
Richting in aanname om tegenstander te "verplaatsen" waardoor ruimte vrij komt om richting pion te kunnen spelen.
1,5 meter:
- Doordat verdediger alleen pass mag onderscheppen ontstaan er geen duels.
- Verder zorgt omtrek vorm ervoor dat spelers team balbezit niet dichter dan 1,5 meter bij elkaar komen.
- Vorm nodigt ook uit veld zo groot mogelijk te houden.
- Verdedigers bij eerste en tweede paal, verdedigers voor het doel en vangen de aanvallers op.
- Aanvallers lopen naar voren zodra de bal hoog voor is gegeven.
- Zorg dat je snel en zuiver inspeelt
- Let ook op de bal- en looplijn
- Zet een vierkant uit.
- Elke hoek heeft een kleur (hoedje, hesje oid).
- Tijdens willekeurig joggen over het veld kleur roepen waarna naar de hoek gesprint moet worden.