Voetbal oefeningen voor de techniek passing

Advertentie

  1. A maakt zich vrij van achter potje en passt naar B.
  2. B loopt met bal door beide poortjes richting doellijn, ondertussen loopt A door poortje rechts naar midden, net voor strafschopgebied.
  3. B passt naar A door poortje.
  4. A werkt af.
B haalt bal en sluit bij aan de rode kant; A wordt rode B - en omgekeerd. 
Afwisselend Blauwe en Rode kant; Rood begint wanneer schuine pass Blauw gegeven is.
drawing
Oefening op positiespel, passing en afwerking L + R
Stippellijn zijn de loopbewegingen, volle lijnen zijn de paslijnen.
Kegels zijn verdedigers.
Speler b werkt af, bij te lage of te zachte voorzet kan speler c afwerken.
Timing, zuivere passing en positie zijn essentieel.

Doorschuiven: 
a naar b, b naar c, c naar d, d neemt bal van b en sluit aan aan de andere kant.

Rechterkant begint wanneer voorzet gegeven is op links, en omgekeerd.
drawing

Advertentie

Speelvorm met aanval vs verdediging volgens de opstelling in dubbele ruit 8v8.
Aanval probeert te scoren in grote doel, verdediging probeert bal af te nemen en terug te spelen naar beginpunt.
Afmetingen naar keuze hier 30 x 30 m

  1. Bal vertrekt steeds bij 10, die in dribbelt; K, 3 en 9 staan al op hun posities.
  2. Vanaf vertrek 10 sluiten 7 en 11 aan; 10 speelt vervolgens 7, 9 of 11 aan.
  3. Vanaf de eerste pas is aangekomen, sluiten 2 en 5 bij in verdediging.
Aanval eindigt bij doelpunt, bal over achterlijn of als verdediging bal bij beginpunt krijgt.
Daarna doordraaien of wisselen, afhankelijk van het aantal beschikbare spelers.

Verschillende variaties mogelijk, bijvoorbeeld:
  • Max. 2 baltoetsen per aanvaller per aanval.
  • Max 5 passen tot verplichte doelpoging.
  • Max 3 passen tot verplichte doelpoging.
  • Minstens 2 driehoekjes per aanval.
  • Minstens 2 dubbelpassen per aanval.
drawing
Beschrijving
Twee frontrijen van 8 spelers elk met een bal. 
Dribbelen tot aan het potje bal laten liggen en opwarmingsoefening. 
Volgende potje de bal van de ploegmaat meenemen en dribbeloefening.
 
 * Variatie: lijnenloop met en zonder bal. 
 * Lenigheidsoefeningen. 

Coaching
  • Gelijke afstanden houden; verzorgen van de uitvoering. 
  • Fysieke parameter : 20 min 
Opwarming waarbij de basishandelingen worden toegepast.

  • Keeper speelt naar vragende 3 die uitzakt. 
  • 3 kaatst terug naar de keeper.
  • Keeper controle verste voet en dan naar vragende 10.
  • 10 controle verste voet en kaatst terug naar 3.
  • 3 speelt naar vragende 9 die uitzakt.
  • 9 controle verste voet en uitdraaien.
  • 9 slalomt door kegels terug naar beginpositie.
Keeper neemt plaats van 3, 3 van 10, 10 van 9.
Oefening kan langs beide kanten toegepast worden.

Variaties: 
  • Balaanname met links, pass met rechts - of omgekeerd.
  • Andere technische- of opwarmingsoefening langs de kegels in plaats van dribbelen.
drawing
Afstanden:
  • A-B 5 meter. 
  • A naar doel 5 meter. 
  • Hoedje naar lijn B 1 meter.
  • Afstand doel verschilt qua leeftijd jonger is doel groter.
Speler dribbelt naar lijn A kapt de bal af dribbelt naar lijn B kapt af en schiet bal op doel, haalt bal op en loopt buitenom terug.

Variaties:
Binnen/ buitenkant voet afkappen, afkappen achter standbeen, dribbelen met links en rechts.

Coach momenten:
Dribbelen, bij iedere stap de bal raken, afkappen kort draaien, afkappen lijn B en zo de bal hebben liggen dat je doorstapt en schiet en niet speler eerst nog naar achter laten lopen voor aanloop.
drawing

Advertentie

Eerst links, dan rechts, of beide kanten tegelijk indien genoeg spelers.
Stimuleren om links de linkervoet te gebruiken, rechts de rechtervoet.

1. Speler A draait open naar buitenkant achter tegenstander uit.
2. Speler A passt vooruit naar speler B tussen de kegels.
3. Speler A loopt schuin naar kegel voor het doel.
4. Tegelijkertijd kapt/draait speler B uit de kegels richting doellijn. 
5. Speler B passt schuin achter naar speler A die ondertussen aan de kegel staat.
6. Speler A schiet op doel.
7. Speler A wordt Speler B, Speler B sluit aan bij de startpositie.
drawing
Spelbeschrijving:
De speler met bal start achteraan en passeert de pionnen en past de bal naar de speler die rechts staat te wachten.
Wanneer de speler die rechts staat te wachten de bal krijgt, speelt de speler rechts in het rijtje de bal naar de inlopende speler links in het rijtje.
Deze speler probeert vervolgens de bal achter de keeper in het doel te schieten.

Zo zal er telkens doorgeschoven worden.
De speler die de pionnen heeft gepasseerd, schuift aan bij de speler die de dieptepas heeft gegeven.
De speler die de diepte pas heeft gegeven, gaat naar de plaats om af-te-werken. De speler die juist heeft afgewerkt gaat de bal halen en sluit achteraan aan bij de spelers die de pion moeten passeren.

drawing

Advertentie

Oefening korte pass drills. Zie op de afbeelding naar de opstelling. 
Let op: 
  • Bij aanname rechter pilon.
  • Rechts aannemen links passen in verband met uitdraai.
  • Andere kant parallel, tegelijk, uitvoeren.
drawing

Advertentie