Gymlesoefeningen

Opstelling
  • Deelnemers vormen tweetallen en kiezen elk een eigen matje.
  • De tweetallen zitten tegenover elkaar.
  • De aanvaller zit op handen en knieën, de verdediger op ellebogen en knieën.
Rollen
  • Aanvaller: Probeer de bal te pakken.
  • Verdediger: Verdedig de bal.
Uitvoering
  • Het spel begint en de aanvaller probeert de bal te pakken.
  • Als de aanvaller de bal pakt, wint hij.
  • Als het niet lukt binnen 60 seconden, wint de verdediger.
  • Laat de deelnemers elke 2 à 3 minuten van tegenstander wisselen om de spanning erin te houden.
Uitvoering
  • Vorm tweetallen en kies elk een eigen mat.
  • Sta tegenover elkaar op de mat met alleen de voorvoet op de rand; de hak blijft los van de grond.
  • Plaats de vlakke handen tegen elkaar en start het spel.
Doel
  • Breng de tegenstander uit evenwicht zodat hij/zij een stap moet zetten.
Spelregels
  • Je mag duwen of inhouden terwijl de ander duwt.
  • Wissel om de 2 à 3 minuten van tegenstander om de spanning erin te houden.
Doel
  • De tikkers moeten ontdekken wie de geheime verlossers zijn.
Spelverloop
  • De docent kiest twee tikkers en laat hen op de gang wachten.
  • Uit de groep worden twee geheime verlossers gekozen.
  • De tikkers komen terug en het spel begint.
  • De tikkers proberen iedereen te tikken. Wie getikt is, blijft stilstaan.
  • Een verlosser kan iemand bevrijden door drie high-fives te geven.
  • De verlossers moeten dit stiekem doen, zodat de tikkers hen niet ontdekken.
Uitvoering
  • Als de docent het stopsignaal geeft, gaat iedereen op de gele lijn zitten, behalve de tikkers.
  • De tikkers staan voor de groep bij de docent en krijgen drie pogingen om de verlossers te raden.
  • Als de verlossers worden geraden, winnen de tikkers. Anders winnen de verlossers.
Opstelling
  • Zet twee banen uit met pionnen of ander materiaal.
  • Plaats twee hoepels tegen de muur.
  • Zorg voor maximaal vijf leerlingen per baan; zet eventueel meer banen uit.
  • Plaats een korf bij het startpunt voor het verzamelen van alle ballen.
  • Leg verschillende soorten ballen neer voor experimentatie.
Uitvoering
  • De leerlingen moeten de bal zo rollen dat deze stil komt te liggen in de hoepel.
  • Elke bal rolt anders, dus laat de leerlingen experimenteren met verschillende ballen.
  • Volg het overzichtsplaatje om te zien waar de leerlingen moeten starten.
Opstelling
  • Zet de banken op twee kastkoppen om een helling te creëren.
  • Als dit materiaal niet beschikbaar is, bouw dan een verhoging met ander materiaal.
Uitvoering
  • De leerlingen moeten via de bank de bal in een korf rollen.
  • De bal moet omlaag gerold worden.
  • Leg verschillende ballen neer zodat de leerlingen kunnen experimenteren.
  • Elke bal rolt anders, wat variatie biedt.
Voorbereiding
  • Zorg ervoor dat iedereen een plekje aan de parachute heeft. De meeste parachutes hebben lusjes aan de buitenkant om deze vast te houden.
  • Voordat je begint, is het belangrijk dat de parachute goed strak staat. Laat een aantal leerlingen naar achteren lopen totdat iedereen op de juiste plek staat.
Uitvoering
  • De docent geeft het ritme aan. Later kunnen de kinderen dit zelf doen.
  • Beweeg de parachute 5 keer omhoog en omlaag.
  • Bij de 6e keer omhoog duikt iedereen naar binnen onder de parachute en houdt deze op de grond. Zo ontstaat er een tent.
  • Na enkele seconden geeft de docent een signaal en gaat iedereen weer uit de tent om opnieuw te beginnen.
Opstelling
  • De groep staat in de vier hoeken van het veld opgesteld.
  • Een tikker met een partijlintje.
Uitvoering
  • Op een teken steken de deelnemers naar keuze het veld over in drie richtingen: de korte zijde, de lange zijde of diagonaal.
  • Bij terugkeer verdienen ze respectievelijk één, twee of drie punten.
  • De tikker opereert in de ruimte en tikt deelnemers af.
  • Getikte kinderen moeten eerst terug naar hun hoek voordat ze opnieuw mogen oversteken.
Doel
  • Hoeveel punten kun je in een afgesproken tijd halen?
Introductie
  • Wil je je conditie verbeteren? Hier zijn enkele effectieve manieren om dat te doen.
Warming-up
  • Zorg ervoor dat je een goede warming-up doet voordat je begint.
Uitvoering
  • Ren tussen twee pionnen: 2 pionnen vooruit, 1 pion achteruit. Herhaal dit twee keer.
  • Pak de bal en ren vijf rondjes met de bal. Dit verbetert je balcontrole en conditie.
  • Ren vijf keer de trap op en neer voor een binnenoefening.
Tips
  • Geef je eigen draai aan de oefeningen voor variatie.
  • Begin rustig en bouw het geleidelijk op. Probeer niet meteen voluit te gaan.
Uitvoering
  • Loop losjes in gedurende 5 à 10 minuten.
  • Voer verschillende lichte bewegingsvormen uit voor armen, benen en romp.

Dit helpt om de functie van het hart, de longen, het zenuwstelsel en het spierapparaat actief op een hoger niveau te brengen dan het rustniveau.

Rekken en Stretchen
Uitvoering
  • Begin met een warming-up van 5 minuten.
  • Voer elke oefening 30 seconden uit, gevolgd door 15 seconden rust.
  • Herhaal het circuit 3 keer.
Spelopzet
  • Speel op een derde of de helft van de zaal.
  • Kies twee tikkers die een lintje krijgen.
  • De tikkers proberen de lopers af te gooien met de goalcha- of foambal.
  • De tikkers mogen niet lopen met de bal.
  • Aan de zijkant van het veld staan vijf pylonnen.
Uitvoering
  • Als een loper wordt afgegooid, moet hij/zij een pion op zijn/haar kant leggen.
  • De afgegooide loper blijft meedoen met het spel.
  • Als alle pylonnen om zijn, winnen de tikkers en worden er twee nieuwe tikkers gekozen.
  • Als na vijf minuten spelen de pylonnen nog niet om zijn, winnen de lopers en worden er ook twee nieuwe tikkers gekozen.
Uitvoering
  • Verdeel de spelers in groepen van 2 of 3 en plaats ze aan de linkerkant van het veld.
  • Geef elke speler een tennisbal.
  • Op het startteken rent de eerste speler van elk groepje met een bal naar de rechterkant van het veld.
  • Daar aangekomen, legt de speler de bal buiten de lijn en rent zo snel mogelijk terug.
  • De volgende speler in de groep herhaalt dit met zijn/haar bal.
  • De oefening eindigt wanneer alle ballen aan de rechterkant liggen en de laatste speler terug is bij de groep.
  • De eerste groep die compleet terug is, wint.