Gedeelde Training

DFS D3 wk 7 vrijdag
Benodigde materialen
Gebruikte technieken
Diversen
Totale duur training:
60 min.
Niveau:
  • D jeugd
3 Oefeningen
W up Schipper mag ik overvaren
Met bal
10 min.
Hoedjesroof warming-up
Teamspel korte sprints
15 min.
Steen-papier-schaar sprintspel
8 min.
Totaal
33 min.
https://www.yoursportplanner.com/nl/apps/sport/training_view_pub.php?tra_id=36267
Deze training gebruiken?
Oefeningen
W up Schipper mag ik overvaren
10 minuten
Technieken
Balcontrole - Warming-up
Opmerking:
Met bal
Iedereen aan zijkant half veld. Overkant bereiken zonder getikt te worden. Ben je getikt dan help je de tikker mee. 
Afwisselend met andere looppas of met bal. Dan pakt tikker de bal af.
drawing W up Schipper mag ik overvaren
Hoedjesroof warming-up
15 minuten
Technieken
Warming-up
Opmerking:
Teamspel korte sprints
Doel
  • Hoge hartslag, korte sprints, oriëntatie, samenwerking en communicatie.
  • Spelers leren luid, functioneel en positief communiceren in teamverband.
Organisatie
  • Gebruik een half speelveld.
  • Maak 2 of 3 teams van 3–5 spelers.
  • Voor elk team is er een thuisvak van ca. 2×2 meter, afgebakend met pionnen.
  • Plaats de vakken ver uit elkaar, bijvoorbeeld linksachter, rechtsachter en halverwege midden.
  • Verspreid 20–25 hoedjes van verschillende kleuren willekeurig over het veld.
Uitvoering
  • Ronde 1: Op het fluitsignaal rennen alle spelers het veld in. Doel: verzamel zoveel mogelijk hoedjes in het eigen thuisvak. Je mag slechts één hoedje tegelijk dragen. Nadat een hoedje in het thuisvak ligt, sprint de speler terug om een nieuw te halen. Ronde duurt ±1 minuut. Daarna tellen teams hun hoedjes.
  • Ronde 2 – Hoedjes stelen: Teams mogen nu één hoedje per keer stelen uit een ander thuisvak. Voorwaarde: eerst moet een speler een hoedje uit het midden halen voordat hij mag stelen. Na 1 minuut fluit de trainer af en wordt geteld.
  • Ronde 3 – Kleur- en communicatievariant: Trainer roept steeds een kleur (“alleen rood!”, “alleen blauw!”). Iedere speler die een hoedje pakt, moet luid roepen wat hij doet: “Ik heb rood!”, “Ik ga midden!”, “Terug blauw!” Alleen hoorbare spelers verdienen punten voor hun team.
Aandachtspunten voor de trainer
  • Hoge intensiteit: korte sprints, snelle richtingswisselingen.
  • Teamverantwoordelijkheid: als één speler niet roept, telt het hoedje niet voor het team.
  • Positieve coaching: benoem gedrag, niet volume (“Goed dat ik je hoorde ‘ik heb blauw!’”).
  • Microtaken: geef stillere spelers actieve stemrollen (“Jij roept de kleur”, “Jij telt hardop”).
  • Opbouw: Eerste ronde – alleen naam of kleur roepen. Tweede – korte boodschap erbij. Derde – iedereen coacht elkaar hoorbaar in het veld.
Tijd en structuur
  • 3 à 4 rondes van ±1 minuut.
  • 30 seconden rust tussen rondes.
  • Totaalduur ±8 minuten.
Resultaat
  • Spelers starten alert, lachen, bewegen voluit, en leren luid en functioneel communiceren zonder spanning.
Steen-papier-schaar sprintspel
8 minuten
Technieken
Warming-up
Doel
  • Reactiesnelheid, oriëntatie, explosiviteit en teamreactie.
  • Bewustwording, samenwerken en plezier.
Organisatie
  • Gebruik een half speelveld.
  • Teken of leg een middenlijn met lint of pionnen.
  • Vorm twee teams van gelijke grootte (5–8 spelers).
  • Teams staan op ongeveer 1 meter afstand van de middenlijn, recht tegenover elkaar.
  • Achter elke rij markeer je een achterlijn met pionnen als “veilige zone”.
Verloop
  • De eerste speler van elk team doet steen, papier, schaar bij het fluitsignaal van de trainer.
  • De verliezer en zijn team draaien zich om en sprinten naar hun achterlijn.
  • De winnaar en zijn team rennen erachteraan en proberen iemand te tikken voordat die de achterlijn bereikt.
  • Iedereen keert rustig terug naar de middenlijn voor de volgende ronde.
  • Na een paar rondes laat de trainer de spelers opschuiven in de rij.
Varianten
  • Dubbelrondes: twee spelers per team tegelijk naar voren.
  • Teamgeluid: winnaar roept “rennen!”, verliezer roept “weg!”.
  • Vertraagde start: trainer zegt eerst “klaar…” dan “GO!”.
Aandachtspunten
  • Laat spelers fysiek goed klaarstaan.
  • Snel beslissen: wie twijfelt, wordt getikt.
  • Veiligheid: duidelijke stoplijn, niet duwen of trekken.
  • Positieve energie: veel tempo, korte uitleg, direct herhalen.
  • Na ±6–8 rondes pauze en eventueel wissel van teams.
  • Tijd: ±8 minuten totaal.