Zet met pionnen twee vierkanten tegenover elkaar. Tussen beide vierkanten bevindt zich een denkbeeldige spiegel.
In elk vierkant staat een persoon, waardoor er twee personen tegenover elkaar staan.
Zorg dat er voldoende vierkanten zijn voor het aantal personen in de groep.
Uitvoering
Schuifoefening waarbij steeds één persoon leidt en de ander volgt. Alleen bewegen in rechte lijnen en steeds terug naar het midden. Telkens 30 seconden per beurt.
Spelers mogen alleen links-rechts bewegen, met korte of lange bewegingen.
Naast links-rechts kan nu ook naar voren en achteren bewogen worden.
Idem als de vorige oefening, maar nu mogen de armen ook gebruikt worden. Bijvoorbeeld één of twee armen omhoog, half hoog, etc.
Idem als de voorgaande oefening, maar er is geen verplichting om terug naar het midden te gaan. Bewegingen blijven in rechte lijnen: diagonaal, vooruit, achteruit of zijwaarts.
Idem als oefening 2, maar de pion waar naartoe wordt geschoven, moet worden aangetikt. Let op dat je goed door de knieën zakt en niet bukt.
Idem als oefening 2, maar er moet een rondje worden gedraaid naar de pion waar naartoe wordt geschoven.