Hockeyoefeningen voor de techniek positiespel

  • 2 teams
  • 1 keeper
  • 1 groot goal
  • 2x kleine goals met pionnen

  • Het team die de bal door één van de kleine goals speelt, mag scoren op het grote goal. Het andere team moet per direct verdedigen. 
  • Mocht het verdedigende team in balbezit komen, mag het proberen door 1 van de kleine goals te spelen om het aanvallende team te worden. 
  • De keeper staat in het grote goal en behoort niet tot één van de teams. 
drawing Partij met 1 keeper en recht halen
  • De witte speler past de blauwe driehoekige speler in
  • De blauwe driehoekige speler past de bal naar de driehoekige rode speler
  • Ondertussen begint de rode ronde speler om de pionnen zich aan te bieden
  • De driehoekige rode speler past de ronde rode speler aan
  • Deze loopt de cirkel in en gaat het duel aan met de blauwe ronde verdediger
  • Daarna rond de rode ronde speler af op het doel 10 seconden als je in cirkel bent
drawing voor je verdediger komen
  • Speler A speelt de bal met een flats of harde push op C.
  • Speler C komt inlopen en kaatst de bal in één keer breed naar speler B die is komen inlopen.
  • B neemt de bal in de loop aan en versnelt met de bal aan de stick naar de rand van de 'stippelcirkel'.
  • Daar geeft deze de bal met een harde push aan op speler C die om het pionnetje is gelopen en biedt zich aan.
  • De bal wordt net buiten de cirkel aangenomen en vervolgens met 1x aanraken de cirkel mee ingenomen en op goal geslagen.
  • Daarna krijgt de speler een 'rebound' bal aangespeeld van de achterlijn door de trainer en maakt deze af op het goal.
Doordraaien: CAB
drawing Kaatsen van de bal
Speler A speelt de bal, als enige, door het verboden vlak naar speler B of C.

  • Spelers vallen aan
  • Verdedigd door 2 verdedigers en een keeper
  • Bal en spelers mogen niet door het verboden vlak
Spel eindigt bij een goal of een verdedigende speler die de bal over de zijlijn geslagen heeft.

drawing Aanval met 'verboden' vlak. Overtal.
  • Er word een flats gegeven van het midden naar de buitenkant toe. 
  • Open aanname en push langs de lijn, speler neemt de bal aan en versnelt langs de pionnen .
  • Geeft vervolgens een pass naar de kop van de cirkel, waar de speler daar inloopt en op goal schiet.
drawing Versnellingen, passen en aannames
Verover de goaltjes:

  • Team blauw en team rood
  • Bij een gecontroleerde pass door het goaltje 'verover' je het goal.
  • Het team dat alle goals veroverd heeft, wint.
  • Een goal kan terugveroverd worden doordat de andere partij een gecontroleerde pass door die goal speelt.
drawing Partijvorm
Doel oefening:
Hoge druk tactiek duidelijk maken voor een team. 

  • 6 versus 6 
  • Opstelling verdediging is 4-2 en eventuele keeper
  • Opstelling aanval is 3-3.
Bal wordt om en om uitgenomen door verdedigers en aanvallers.

Doel van verdediging
In balbezit: 
  • Bal uitspelen en scoren in 1 van de 2 doeltjes op de middenlijn.
  • Driehoekjes vormen zodat altijd iemand aanspeelbaar is.
  • Bal kunnen verleggen van kant wanneer drukte op 1 zijde.
Geen balbezit: 
  • Compact spelen / zorgen dat de bal + speler aan de bal begeleiden naar de buitenkant.
  • Binnenkant van een aanvaller dekken zodat de weg naar het doel gedekt is.
Doel aanval 
In balbezit: 
  • Aanvallers compact wanneer bal in midden van het veld is, wanneer bal naar zijkant wordt weggespeeld moet 1 aanvaller hoek in lopen en andere 2 aanvallers scoringspositie in de cirkel aannemen.
  • Bal kunnen verleggen van kant wanneer drukte op 1 zijde.
Geen balbezit: 
  • Aanvallers hoge druk op de bal / afspeelmogelijkheden dekken.
  • Middenveld compact tot bal op één kant is en dan druk zetten.
drawing Speltactiek met aanvallers en verdedigers
  • A begint met een bal en drijft de cirkel in en rond af
  • B speelt wanneer A heeft afgerond een bal naar V1
  • Vanaf hier start de 2 versus 2
  • Als A en B de bal veroveren, kunnen ze scoren in één van de goals aan de zijkant
drawing 2 versus 2 afronden
  • We spelen steeds 2 tegen 2
  • Groep 1 speelt tegen groep 2
  • Groep 3 staat klaar met een bal, als de bal uit is, of gescoord, mag groep 3 starten, Groep 1 komt dan in dat vak om te verdedigen
  • Groep 1 tegen groep 3
  • Groep 4 staat klaar met een bal, bal uit, of gescoord, start groep 4 met de bal en schijft groep 3 om te verdedigen
  • Groep 3 tegen groep 4
  • Enzovoort
drawing 2 versus 2 met schakelmoment
  • A speelt de bal breed naar B, die klaar staat om de bal te ontvangen
  • B neemt de bal aan en drijft richting het vak waar ze een 1 versus 1 spelen tegen A die klaar staat om te verdedigen
drawing 1 versus 1
  • Deel 1: 
    • De speler met de bal passt deze naar de speler die meest dichtbij de middellijn staat.
    • Deze neemt de bal in beweging aan naar de buitenkant.
    • Maakt aan de buitenkant een 1-2tje met zijn teamgenoot.
    • Deze loopt daarna de diepte in.
    • Krijgt na de sticklead de bal aangespeeld.
    • Rond af op doel.
  • Deel 2: 
    • Nadat de speler in de dekking de bal heeft gekregen start de 2 tegen 1.
  • Deel 3: 
    • Een koppel, aanvaller en verdediger, start ook nog in de cirkel.
drawing Dynamisch overtal
  • A begint met de bal en speelt eerst de bal terug naar B.
  • Als B de bal heeft aangenomen start de 3 tegen 3 en mogen de verdedigers druk gaan zetten.

  • Tips voor de aanvallers:
    • Gebruik de oefening van het switchen van de spitsen.
    • Speel alleen de veilige bal.
    • Denk aan de 4 vakken in de cirkel.

  •  Tips voor de verdedigers:
    • Houdt je man/vrouw in de cirkel.
    • Duw ze naar een kant.
    •  Zet altijd druk op de bal en laat ze dus niet schieten.
drawing 3 tegen 3 in de cirkel