Korfbaloefeningen voor de techniek conditie / kracht / uithoudingsvermogen

Opstelling

  • Vorm groepen van vier spelers bij een korf.
  • Twee spelers fungeren als aangevers, één als aanvaller en één als verdediger.

Uitvoering

  • De aanvaller heeft 30 seconden de tijd om zoveel mogelijk punten te scoren.
  • Een doorloopbal zonder bal telt voor 5 punten. Indien niet gescoord, krijgt de verdediger 5 punten.
  • Een gescoord schot telt ook voor 5 punten.
  • Een doorloopbal met bal telt voor 1 punt.
  • De aanvaller mag rondom de paal spelen.
  • Elke speler is 3 keer 30 seconden aanvaller, met 15 seconden rust tussen de beurten.
  • Dezelfde verdediger blijft staan gedurende de oefening.

Regels

  • De scoreregels dienen als motivatie voor de spelers.
Oefening 1
  • Vorm tweetallen.
  • Één speler schiet, de ander re- en detbound.
  • De schutter blijft schieten totdat er gescoord is, met een maximum van vier schoten van achter de korf.
  • Na maximaal vier schoten, ga je naar de volgende paal totdat je een rondje hebt gemaakt.
  • Het kan voorkomen dat je geen punt scoort in een ronde.
  • Wissel van rol na een ronde.
  • Wie als eerste één keer per schutter een rondje gemaakt heeft met de meeste gescoorde doelpunten wint. Doelpunten tellen voor drie punten!
Variant voor Drietallen
  • Voeg een verdediger toe die meeloopt voor schoten onder druk.
Oefening 2
  • Vorm tweetallen.
  • Een speler start onder de korf met de bal, de ander bij de hoed in het midden.
  • De bal wordt naar het midden gespeeld en opgehaald.
  • De speler bij de hoed rent kloksgewijs naar de volgende paal het achterveld in en ontvangt de bal achter de korf voor een schot.
  • De andere speler gaat voor de rebound.
  • Na de rebound wordt de bal weer afgespeeld zodat de rollen omdraaien en je dus om en om schiet.
  • Wie scoort de meeste doelpunten na twee rondes?
  • Bonus: Je krijgt een bonuspunt als je de bal vangt na het schot zonder dat de bal stuitert.
drawing Korvendans
Verschillende oefeningen waarin je springend op je voeten steeds in balans moet blijven, en anderen eruit moet sprinten.

  1. 10 seconden op de plaats op je linkervoet hinkelen, sprint tot rode lijn.
  2. Hetzelfde op rechts, sprint tot rode lijn.
  3. Knieheffend op de plaats gedurende 10 seconden. Steeds op je tenen blijven staan zodat je sneller bent, sprint naar rode lijn.
  4. 5 lunges op rechts, en 5 op links. Sprint naar rode lijn.
  5. 3x zijwaarts over de orde heen en weer springen, sprint naar rode lijn.
  6. Hetzelfde, maar nu met de rug naar het veld toe.
  • Er staan 2 aanvallers bij de pylonnen, en 1 aanvaller onder de korf voor de aangeef. 
    • De 2 aanvallers in het voorveld staan willekeurig opgesteld.
  • Een van de aanvallers start in een statische doorloopbal en vangt deze zelf af.
  • De andere aanvaller loopt naar een pylon links of rechts van zich (afhankelijk van waar de aangever heen loopt) als de doorloopbal genomen wordt, en neemt de doorloopbal vanuit daar.
  • Je vangt je eigen doorloopbal af en speelt de aanvaller aan die zojuist een pylon opgeschoven is. 
    • Je moet dus wel weten waar deze aanvaller vandaan komt!
  • Je moet nu dus niet alleen je eigen doorloopbal afvangen, maar ook in de gaten houden wat de andere aanvaller doet zodat je snel genoeg klaar staat. 
    • Kijk van tevoren waar je medespeler heen gaat, dan ben je sneller zonder extra actie te moeten ondernemen.
  • Deze roulatie blijft zich doordraaiend herhalen tot je bij de 10 bent. 
    • Wie is daar als eerste?!
  • Variant: plaats de pylonnen diagonaal langs de korf. 
    • Dat zorgt voor andere dynamiek.
  • Dit is eventueel ook 2 vs 2 te spelen. 
    • Maar let dan op dat je continue ruimtes opvult waar je tegenstanders niet zijn, daar mogen namelijk niet komen.
drawing Klavertje 4 doorloop
  • Dit word in wedstrijdvorm tussen de vakken binnen het team gespeeld, dus 5 tegen 5
  • Er worden om en om doorloopballen genomen gedurende 2 minuten
  • De looplijnen zijn zoals op tekening aangegeven.
  1. Spelers beginnen aan de buitenkant langs de drie horden, waar ze tussendoor slalommen of overheen springen (trainer kiest) met het gezicht richting het veld van de tegenstander
  2. Aan het einde van de hordes sprint naar je hoed aan de buitenkant
  3. Vanaf daar ga je verdedigend schuiven tot de hoed in het midden, waarna je een doorloopbal neemt
Welk team maakt de meeste doelpunten in 2 minuten tijd?

  • Na deze 2 minuten heb je een x aantal doelpunten. 
  • Middels strafworpen op beide korven ga je proberen de score van de tegenstander weg te werken, dus scoren die doorlopers! 
  • Punt is alleen dat de teams van te voren niet te horen krijgen dat dit de bedoeling is. 

Ze krijgen enkel te horen dat ze zoveel mogelijk doelpunten moeten scoren, maar daarmee nog niet gewonnen hebben.

Dit is ook als warming-up te gebruiken, let dan alleen wel op de intensiteit van de oefening
drawing Doorloopbal estafette
  • Dit word in wedstrijdvorm tussen de vakken binnen het team gespeeld, dus 5 tegen 5
  • Er worden om en om doorloopballen genomen gedurende 2 minuten
  • De looplijnen zijn zoals op tekening aangegeven.
  1. Spelers beginnen aan de buitenkant langs de drie horde, waar ze tussendoor slalommen met het gezicht richting het veld van de tegenstander
  2. Aan het einde van de hordes sprint naar je hoed aan de buitenkant
  3. Vanaf daar ga je verdedigend schuiven tot de hoed in het midden, waarna je een doorloopbal neemt
Welk team maakt de meeste doelpunten in 2 minuten tijd?

  • Na deze 2 minuten heb je een x aantal doelpunten. 
  • Middels strafworpen op beide korven ga je proberen de score van de tegenstander weg te werken, dus scoren die doorlopers! 
  • Punt is alleen dat de teams van te voren niet te horen krijgen dat dit de bedoeling is. 
  • Ze krijgen enkel te horen dat ze zoveel mogelijk doelpunten moeten scoren, maar daarmee nog niet gewonnen hebben.

    Dit is ook als warming-up te gebruiken, let dan alleen wel op de intensiteit van de oefening
drawing Doorloopbal estafette
  • De korven staan in een rij opgesteld met de korven in verschillende richtingen
  • Bij alle korven staat een vaste aangever
  • De lopers gaan in tweetallen op de korf af voor een doorloopbal waarvan er een aanvalt en de ander verdedigd. 
  • Per korf wisselen ze onderling van aanvaller en verdediger
  • De verdedigende druk is zodanig dat de doorloop onder druk genomen word, maar wel toegelaten word (psychologisch spel)
  • De aanvaller start bij de buitenste pion, de verdediger bij de binnenste. 
  • Maar zodra de aanvaller bij de buitenste pion is mag deze voor de doorloopbal gaan. 
  • De verdediger moet zelf zorgen dat ze op tijd is om mee te gaan verdedigen
  • Deze verdediger heeft wat extra tijd, want de aanvaller moet over hordes heen springen voordat ze bij het startpunt voor de doorloopbal is. 
  • De verdediger wacht bij het voorste hoedje als ze eerder is

  • Aan het einde liggen hoedjes in zigzag vorm opgesteld. 
  • Hier ga je op je tenen lopend doorheen, daarna terug naar het startpunt
  • Bij elk 2e doelpunt dat je scoort wissel je met een aangever
  • Groepsopdracht tussendoor! Scoor 40 doorloopballen
drawing Doorloop met wisselende aanval verdediger 2.0
  • De spelers worden verdeeld in groepjes van 3/4 personen
  • Je doel is als eerste 20 doorloopballen maken
  • Vooraan staan drie hordes waar je overheen moet springen, beginnend vanaf links
  • Je gaat heen en weer over de hordes heen, rent slalommend om de pylonnen heen, tikt de hoedjes aan en daarna volgt de doorloopbal op snelheid
  • Door al dit rennen word je moe, en de kunst is om de doorloopbal rustig te nemen
  • Wie blijft balcontrole houden en wint het spel?
drawing Conditie doorloop
  • Trainen van duur conditie met 4 tallen
  • Je blijft met je team aan je eigen kant.
  • Aangevers wisselen door zodat iedereen in beweging blijft.
  • Bedoeling is dat de oefening met hoge intensiviteit gedaan wordt.
  • Start is voor de pionnen. Na pion 5 in sprint naar de eerste korf.
  • Rebound sprint daarna naar tweede korf.
  • Rebounder tweede korf sluit weer bij pionnen aan.
  • Tel de scores per team
  • Hardop tellen met je team, dit om het competitie element er in te houden
  • Ronde 1: 
    • 20 doorloopballen scoren. (pion oefeningen = slalommen)
  • Ronde 2: 
    • 10 schoten 3-4m scoren. (pion oefening = 2 pionnen vooruit, 1 pion achteruit)
  • Ronde 3: 
    • 20 korte kansen achter de paal scoren. De sprinter wordt aangegeven en die speelt terug op de uitstappende rebounder onder de paal (pion oefening = huppend over de pionnen)
  • Ronde 4: 
    • 10 schoten 4-5m scoren. (pion oefening = schaatsend over de pionnen springen, landing even vasthouden)
  • Ronde 5: 
    • 10 uitwijkballen scoren. (pion oefening opspringen bij pion 1, 3 en 5 en squat bij 2 3n 4)
drawing Duur-conditie schotoefeningen - 4 tallen
Een belangrijk aspect van open voorverdedigen is open staan naar de bal.

Oefening
  • Er staan 2 spelers tegenover elkaar
  • Aan weerszijden staan 2 pylonnen, 6 meter uit elkaar, die beide spelers continue aantikken om de intensiteit op te hogen
  • Het onderdeel 2 spelers tegenover moet een competitieve oefening creëeren
    • Beide spelers hebben de opdracht om tussen links en rechts open te draaien en in het midden weer centraal te staan (op deze plek starten de spelers ook), en de pylonnen aan te tikken
  • Spelers gaan gedurende 45 seconden 4x open draaien naar beide kanten. Tussen deze minuten in zit steeds 15 seconden rust
  • Wedstrijdelement!: wie scoort de meeste punten door de meeste pylonnen aan te tikken? Elke pylon die je aantikt is een punt

  • in geval van drietallen kun je driehoeken neerzetten
drawing Open draaien met conditie
  • Er liggen 10 zakjes in de hoepel aan het begin
  • Er staan 3 uitgezette situaties, waar de hindernis steeds zwaarder/moeilijker wordt
  • Je begint met een sprong over de eerste stok heen, welke het laagste ligt
  • Je rent een rondje om de hoedjes, waarna je je oriëntatie weer terug moet pakken door rechtdoor te rennen en over een hogere horde te springen
  • Je rent rechtdoor tot je bij het hoedje komt, waarna je de linkerhoed aantikt, daarna de rechter
  • Op je tenen loop je van pylon naar pylon
  • Je rent door en pakt het schot
  • Elk doelpunt dat je scoort is steeds meer waard, maar dat geldt ook voor de anderen!
  • Ofwel; 
    • doelpunt 1 telt voor 1. 
    • Het volgende doelpunt, ongeacht wie deze scoort telt voor 2 enz.
  • Winnaar bij 15 doelpunten
drawing Zaklopen
  • Er liggen 9 hoepels op een rij, met in elke hoepel 2 hoedjes
  • Aan beide kanten staat een speler, en deze gaat alle hoedjes op één stapel in de middelste hoepel te leggen. 
    • Dit moet je sneller zien te doen dan je tegenstander.
  • Hoe? Zelf weten! Maar de stapel moet in de middelste hoepel liggen
  • De verliezer doet er 5 push ups achteraan
Variant: 
  • Meer hoedjes dan je tegenstander hebben
  • Als je de hoedjes aan je eigen kant verzameld hebt, mag je de hoedjes van je tegenstander pakken. 
    • Deze mag je dan op je eigen stapel leggen
  • Hierdoor ontstaat er een verschil in aantal hoedjes; dit verschil wordt middels push ups uitgevoerd door de verliezer.
drawing Stapelspel conditie