Voetbaloefeningen voor o9 jeugd

  • 1 drijft met de bal en slalomt tussen de potjes
  • 1 past naar 2 eenmaal uit de potjes
  • 2 neemt de bal mee en speelt die onder de horden door en loopt ernaast
  • 2 neemt de bal mee en past die naar 3
  • 3 drijft met de bal in snelheid tot aan de stok, neemt een korte draai en past naar 4
  • 4 dribbelt met de bal en verlegd de tennisballen ondertussen
  • 4 past naar 5
  • 5 past een lange bal naar 1

Indien dit vlot verloopt voegen we een tweede bal toe aan de oefening.
drawing Parcours balbehendigheid, passen
Dit is 1 oefening in 3 delen.
Deze oefening wordt opgesteld 2x naast elkaar, zie het onderste deel
Per oefening staan 2/3 spelers
Indien meer dan 8 spelers, stel deze oefening 4x op en laat ze een wedstrijdje spelen: het meest aantal potjes

oefening 1: 
  • blauwe speler (B) neemt een potje en gaat in loopas naar de eerste paal en steekt het op de paal
  • B gaat in positie tussen de twee palen en ontvangst pas van rood (R)
  • B past naar R
oefening 2:
  • B loopt in achteruit naar de start
  • neemt terug een potje mee en steekt het op de middelste paal 
  • B gaat in positie staan tussen de andere 2 palen en ontvangt pas van R
  • B past naar R
oefening 3:
  • B loopt terug in achteruit naar de start
  • neemt terug een potje mee en steekt het op de laatste paal
  • B gaat terug in positie gaan staan naast de buitenste paal 
  • R past naar B 
  • B past naar de overkant 
drawing Positie aannemen
  • Leren intrappen vanaf de hoekschop.
  • Doorschuiven: Doelman (neemt de getrapte bal mee) 
    • Hoekschop
    • potje 1 
    • potje 2 
    • potje 3 
    • doelman
  • Doorschuiven (continu wissel van kant): 
    • van hoekschop ga je naar potje 1 aan overkant.
drawing Hoekschop 1
  • Maak hele kleine veldjes
  • Zo leren ze voetballen op een kleine ruimte
  • En om niet te panikeren als ze in balbezit zijn
drawing Wedstrijdvorm  2v2
  • Veld verdeeld in 2 relatief smalle stroken en helften.
  • Rode team bouwt op met 3 en blauw zet druk op de bal en tracht te beletten dat rood door de straat kan spelen naar het andere vak.
  • Kan dit toch, dan wordt er daar 2vs1 gespeeld.
  • Afwerken op groot doel (indien keeper ter beschikking) of kleine doeltjes.
  • Indien blauw kan onderscheppen, scoren op groot doel.
drawing straatjes dicht
  • De trainer speelt de bal naar het tweetal, die tegen het drietal proberen te scoren. 
    • Mag enkel over de grond gespeeld worden.
  • Het drietal probeert door te pressen de bal te veroveren
  • Het is voor rood belangrijk dat er rugdekking wordt gegeven,
  • Daarbij moeten ze proberen het centrum gesloten te houden (zodat blauw alleen naar buiten kan bewegen). 
    • Blauw aan 16m aanspelen beletten door passlijnen af te snijden.
  • Verder moet het pressen agressief en vol overtuiging gebeuren
drawing Pressing en passlijn dicht
  • Speler blauw (op de achterlijn) speelt de bal schuin naar speler rood, tegenover hem
  • Speler rood (op de achterlijn) speelt de bal schuin naar blauw, tegenover hem
  • Vervolgens proberen de spelers op de achterlijn te verdedigen
  • En de spelers die de bal hebben ontvangen, proberen te scoren op één van de twee goaltjes
  • Zodra één van de aanvallers gescoord heeft, en de ander nog niet… Dan wordt er direct omgeschakeld, waardoor de situatie 1 tegen 1 | 2 tegen 2 wordt…
drawing 1 vs 1
  • Spelers staan in tweetallen op 2/3 meter uit elkaar en passen de bal. 
  • Op teken van de trainer(fluitje,klappen of anders) gaat de speler die de bal draaien met de bal en probeert de bal over de lijn te dribbelen. 
  • De andere speler probeert te tikken.

Variaties
  • Links en rechts schieten
  • Zitten en gooien
  • Vangen en koppen

Makkelijker
  • Juiste been
  • Normale bal
  • Vrij raken

Moeilijker
  • Verkeerde been
  • Door de lucht
  • Aanname met juiste been en pass met verkeerde
  • Kleine bal 
drawing Warming-up reactiespel trappen, schieten en op teken sprinten
 Ga per 4 in een vierkant staan 
 Pas de bal rond met de volgende opdrachten 
  • Pas naar speler links naast je
  • Pas naar speler rechts naast je
  • Pas beurtelings naar speler naast je en diagonaal (Naast - Diagonaal - Naast - Diagonaal - ...)
  • Pas naar speler naast je. Een speler mag max 1 keer de bal terug spelen per beurt.
Variaties
  • Met links of rechts passen
  • Met of zonder stoppen
  • Links stoppen, rechts passen of omgekeerd
 Opmerking ivm aantallen 
 Te combineren met pas oefening waarbij 2 of 3 spelers tegenover 2 of 3 spelers staan: passen, bal volgen en aansluiten bij andere 
  • Spelers staan in een kring
  • In het midden staat een speler
  • Spelers in de kring spelen de bal rond met goede passen en controles
  • Als de speler in het midden de bal onderschept, wisselen we van monster
Doel: 
  • Centrum (gevaarlijke zone afdekken) tijdens opbouw tegenstander
Oefening: 
  • 1 aanvallend team (rood)
  • 1 verdedigend team (blauw)
  • 1 neutrale speler (wit)

  • Rood is in overtal en spelen de bal rond. 
  • Ze proberen de bal bij de witte speler te krijgen die in een afgebakende zone staat. 
  • Rood en blauw mogen er niet in. 
  • Blauw probeert te voorkomen dat de steekbal door het centrum niet kan gespeeld worden. 
  • Wanneer blauw de bal verovert proberen ze zo snel mogelijk te scoren in de doelen. 
  • Rood krijgt een punt als ze bal aan de witte speler geven, blauw krijgt een punt als ze de steekbal kunnen onderscheppen en ook een punt als ze scoren. 
Coaching: 
  • Dek het centrum af
  • Blijf dicht bij elkaar
  • Kantelen van kant
drawing Centrum afdekken
Individueel
  • tennisbal omhoog gooien en opvangen
  • tennisbal omhoog werpen, in handen klappen en terug opvangen
  • tennisbal leiden met de voet - binnen -én buitenkant

Per twee:
  • tennisbal naar elkaar werpen en vangen
  • tennisbal tegelijkertijd naar elkaar werpen
  • tennisbal werpen en opvangen met de kegel
  • tennisbal naar elkaar schieten en stoppen met de voet
https://www.youtube.com/watch?v=uMBnuJjo02Y