facebook pixel

Volleybaloefeningen

  • 10x opdrukken (mag ook op knieën)
  • 35 sec. planken (rechte rug) 3x met 15 sec rust tussen door.
  • 2 tallen 1 heeft de bal en staat en de ander ligt op de rug met de voeten op de bovenbenen van de ander
    en tikt zo de bal aan 20 x en dan wissel.
  • 1 slaat een bal aan naar een passer op positie 6 die een pass geeft naar pos 2/3
  • spelverdeler S geeft een set-up naar positie 4, waarop speler 4 rechtdoor aanvalt
  • speler 2 staat in de uitgangshouding blok en zet een blok op de positie waar de bal over het net gaat

kern-2-6

  • speler 4 haalt zijn aangevallen bal op en legt deze in de ballenbak
  • reserve wordt speler 4
  • na 6 bloksprongen wisselt de blokkeerder met speler 1 en gaat aanslaan
  • speler 1 gaat naar positie 6
  • speler positie 6 wordt speler positie 4
  • speler 4 gaat blokken


Varianten: 

  • Elk goed blok is een punt
  • spelverdeler penetreert vanaf positie 1 naar positie 2/3 en geeft set-up 

Doel:

de spelers gooien de bal voor het lichaam thv de slagarm omhoog

  • spelers gaan naast lijn staan en gooien de bal op, zodat de bal op de lijn valt
  • linkerbeen staat voor


Daarna in tweetallen naar elkaar serveren. Het gaat om het goed opgooien

  • Spelers serveren uit stand vanaf positie 1 naar 5
  • Als speler A1 serveert, staat speler B5 in het veld en vangt de service af
  • Speler A1 wordt reserve en speler B5 wordt reserve
  • serveren-5

Doel:

Het verbeteren van de pass door achter de bal te blijven

  • Passer staat tegen de achterlijn in de uitgangspositie pass
  • Speler bij het net gooit de bal afwisselend kort en diep aan
  • P verplaatst voor- en achterwaarts en geeft een pass naar S
  • S vangt de pass af
  • Na 10 ballen wisselen


Daarna In 3-tallen:

  • Passer staat in de uitgangshouding in het achterveld en verplaatst zich zijwaarts tegenover speler 1 en 2
  • Speler 1 en 2 gooien om en om een bal aan naar P die de bal onderarms terugspeelt
  • Spelers 1 en 2 vangen de pass af
  • na 10 keer doordraaien
  • kern-1-4

Sprawl training
Uitleg geven over de sprawl. (laag zittend over de onderarm glijden om de bal te pakken)

begin op je knieën en maak je lang al glijdend over je onderarmen.
Als dat goed gaat laat je de groep staan en laag zittend dezelfde oefening doen. DIt kan voor sommigen nog wel een drempel zijn om verder te gaan. Deze spelers moet je juist begeleiden om deze techniek goed te krijgen.
Uiteindelijk gaan ze allemaal.

Daarna in groepjes van drie de bal aanslaan om te oefenen.

  • 1 slaat(gooit) de bal aan
  • 1 doet de sprawl
  • 1 speler vangt de bal.

Als dit goed gaat laat je de speler op de 3mtr lijn starten een splitstep naar achteren doen en voorover de sprawl doen.

Let op het is verstandig dat er sokken of langemouwen aangetrokken zijn met deze oefening.

duikie-1

3 of 4 tallen maken (ligt aan de hoeveelheid spelers).
1 speler op 7mtr lijn en 2 aan het net.

  • Links voor speelt de bal bovenhands naar de speler 2 (7mtr) 
  • Speler 2 speelt de bal onderarms naar speler 3 (net)
  • Speler 3 speelt de bal weer bovenhands naar speler 1.

Indien oefening loopt mag speler 1 de bal bovenhands aanslaan (rustig)bovenhands-onderhands-game-like-1

  • De trainer legt een bal op de middellijn.
  • Aan weerskanten van het net staat een rijtje spelers bij de achterlijn.
  • Op het teken van de trainer hollen ze naar de bal, wie hem heeft mag hem houden.

Welk team verzamelt de meeste ballen

Ladder lopen op hoog tempo. Kan uitgebouwd worden met links-rechts uit de ladder stappen met één of twee voeten.

Slalom om de pionnen.

Aanvalspas naar het net en shuffle schuin achteruit (3x aanvalspas en 2x shuffle).

Stap onder het net door.

Zijwaarts langs het net met hoofd onder de netrand.

Maak een duik schuin het veld over.

Loop om de pion heen en sprint over de achterlijn.

Looppas terug naar startpositie.

 parcours-14

Ladder lopen op hoog tempo. Kan uitgebouwd worden met links-rechts uit de ladder stappen met één of twee voeten.

Slalom om de pionnen.

Aanvalspas naar het net en shuffle schuin achteruit (3x aanvalspas en 2x shuffle).

Stap onder het net door.

Zijwaarts langs het net met hoofd onder de netrand.

Maak een duik schuin het veld over.

Loop om de pion heen en sprint over de achterlijn.

Looppas terug naar startpositie.

 parcours-13

verdeel het teams of teams over beide helften van het veld.
Trainer gooit de bal in en de teams spelen de bal over het naar elkaar toe.
Iedere speler die de bal gespeeld heeft tikt de achterlijn aan en komt weer het veld in.

Begin eerst met vangen en gooien en als dat goed gaat ga je echt spelen (BH of OA)

Servicepass training voor 4 tot 12 personen
4 personen:
2 serveerders op de serviceplek.
1 passer
1 afvanger
(statisch) Serveerder serveerd, passer passed de bal naar de afvanger, afvanger vangt de bal en rolt deze terug naar de serveerder.
(dynamisch) zelfde als statisch maar dan loop de betreffende speler de bal achterna. (serveerder wordt passer, passer wordt afvanger enz)

6 personen.
2 serveerders
3 passers
1 afvanger
(Statisch) zie vier personen
(dynamisch) serveerder serveerd de bal en loop zijn/haar bal achterna.
Passer passed de bal naar de afvanger. De meest rechtse speler wordt afvanger
Serveerder schuift links in. Afvanger wordt serveerder. Als dit niet loopt wordt 1 passer reserve.

servicepass-oefening

1. 4 x heen en weer (vooruit en achteruit)
2. 3 x heen en weer met rustig bloksprongetje en achteruit shuffelen
3. 2x Zijwaarts verdedigingshouding
4. Handwalk zwaar (langmaken (uitrekken), op je handen naar voren lopen, 3 tellen blijven staan, terug met je handen 1x opdrukken weer met je voeten naar je handenlopen. En dan nog een keertje. (naar het net en daarna rustig teruglopen naar de achterlijn)
5. Lunges, uitstappen romp rusten naar links en rechts bewegen.
6. Rollercoaster in 2 groepen wie is het eerst aan de andere kant.
7. 3x 45 seconden planken (15 tellen rust)
8. 1 minuut lucht fietsen