Volleybaloefening: hop en sprint

Geschikt voor de volgende technieken: warming-up

Hop en sprint

Maak 2 tallen, deze twee spelers gaan achter elkaar staan.
Alle groepjes vormen samen een rondje.
In het midden liggen 4 ballen (als er 5 groepjes zijn).
De spelers moeten, op commando van de trainer, op de rug en van de rug van hun medespeelster springen.
De trainer kan op, af en ja roepen.
Wanneer de trainer Ja zegt moeten de achterste spelers zo snel mogelijk om de hele kring heen lopen.
Dan moeten ze door de benen van hun eigen team heen om de bal in het midden te pakken.

Voeg toe aan training

Kies techniek

Eigenschappen van de oefening

Minimaal aantal spelers

6

Maximaal aantal spelers

14

Benodigde materialen:

Niet van toepassing

Geschikt voor volgende niveau's:

CMV 5

CMV 6

C jeugd

B jeugd

A jeugd

Senioren