Basketbaloefeningen voor senioren

Uitvoering
  • De spelers verzamelen zich aan de rechter- of linkerkant van de middenlijn.
  • De eerste twee spelers hebben een bal.
  • Er staan twee vangers onder de basket.
  • Vanaf de middenlijn dribbelt de speler naar de basket en maakt een lay-up.
  • De vanger vangt de bal en passt deze naar de eerstvolgende in de rij.
  • Herhaal dit totdat er 15 keer is gescoord, dan wissel je van kant.
Opstelling
  • Spelers verzamelen aan de baseline in twee groepen.
  • Eén speler staat onder de ring met de bal.
  • Twee spelers staan aan de overzijde klaar om te verdedigen.
Uitvoering
  • De speler met de bal dribbelt naar de overkant.
  • Spelers links en rechts lopen langs de zijlijn mee in de aanval.
  • De verdediging kiest vrij op wie ze verdedigen, maar blijft actief zonder positie in te nemen in of rond de bucket.
  • De speler die afwerkt of de bal verliest, keert terug samen met de twee verdedigers.
  • Aan de overzijde staan ondertussen al twee nieuwe verdedigers klaar.
drawing Transitie: 3-tegen-2 aanval
Wedstrijdopzet
  • Maak twee teams van vijf spelers.
  • Speel een wedstrijd en pas de oefeningen toe die vandaag zijn gedaan.
  • Breng indien nodig om de 30 seconden wissels in.
Doel
  • Accenten op verschillende fundamentele items zoals passing, ballhandling, transitie of schieten.
  • Conditioneel karakter voor de kern van de training.
  • Complexiteit voor braintraining.
Uitvoering
  • Start met een meervoud van 3 spelers. Indien niet mogelijk, stapt telkens 1 speler uit.
  • Spelers #1, #2, en #3 starten met een halve weave tot aan de middellijn.
  • Na de pass wordt #1 flyer en na de pass van #3 wordt ook hij flyer.
  • #2 ontvangt als laatste de bal en dribbelt naar midcourt voor een lay-up.
  • #3 en #1 ontvangen de bal van #4 en #6 voor een schot van buitenaf.
  • #5 pakt de rebound van #2 en start de oefening opnieuw met #4 en #6.
  • Dit herhaalt zich voor een full court continue drill.
Variaties
  • Ballhandler moet met minimaal 1 richtingsverandering finishen (bijv. spindribble, reverse dribble, crossover).
  • Ballhandler een maximaal aantal dribbles geven voor agressief finishen.
  • Flyers laten afstoppen met een jumpstop of ritme stop, of 1 dribble en pull-up.
  • Flyers een jab step laten maken met een countermove.
  • Starten met een reboundsituatie, variëren met spelers achter elkaar of bij het bord.
  • Ballhandler verdedigen met een close-out en na de score uitboxen.
  • Flyers maken een "split the post" beweging voor timing.
Teaching Points
  • Eis het tempo van de spelers.
  • Organisatie is complex; besteed tijd aan organiseren voor jongere leeftijden.
  • Goede stops maken bij het vangen van de bal.
  • Ballhandler moet hard finishen op de basket.
  • Visualiseer de verdediger bij het dribbelen.
  • Gebruik een speed dribble wanneer de ballhandler de voorste man is.
  • Goede passtechniek: voor de man passen, oogcontact, en strak passen.
  • Finishen: Ga hard naar het bord en laat de bal het bord "zoenen".
  • Schieten: Basis is voetenwerk, goede stop maken, en juiste houding.
Uitvoering:
  • Vrij spelen op één of twee baskets, afhankelijk van het aantal spelers.
  • Geen dribbelen toegestaan, alleen passen.
Uitvoering
  • Start met drie spelers op de achterlijn, waarbij de middelste speler een bal heeft.
  • De middelste speler passt de bal naar een van de andere spelers en rent achter de bal aan.
  • De ontvanger passt de bal door naar de speler aan de andere kant en volgt ook de bal.
  • Dit patroon wordt herhaald terwijl de spelers richting de basket aan de andere kant van het veld bewegen.
  • Wanneer een speler dicht genoeg bij de basket is, maakt hij een lay-up.
  • De lay-up schutter wordt verdediger, terwijl de andere twee spelers aanvallers worden.
  • De aanvallers proberen elkaar met een lange bal te bereiken en te scoren.
  • De verdediger probeert te voorkomen dat de aanvallers scoren.
  • Indien de aanvallers niet scoren, moeten ze vijf push-ups doen.
Uitvoering
  • Plaats twee spelers met een bal bij de middenlijn.
  • Er staan ook twee rijen spelers bij de basket.
  • Een van de spelers bij de middenlijn legt de bal op de grond.
  • De twee spelers bij de basket sprinten naar de bal en strijden om deze te bemachtigen.
  • De speler die de bal pakt, wordt de aanvaller, terwijl de andere speler de verdediger is.
  • De speler die de bal op de grond legde, mag zich bij de aanvallers voegen zodra de bal is gepakt.
  • Speel verder in een 2-tegen-1 situatie richting de basket waar de rijen staan.
drawing 2-tegen-1 spelsituatie bij de basket
Opstelling
  • Drie groepjes staan aan de baseline opgesteld.
  • De bal begint bij de linker groep.
Uitvoering
  • De linker speler (L) geeft een pass naar de middelste speler (M) en rent naar het volgende vrije plekje aan de rechterkant.
  • De middelste speler (M) geeft een pass naar de rechter speler (R) en loopt naar het plekje boven waar L eerder stond.
  • De rechter speler (R) geeft een pass terug naar L en rent naar het volgende plekje naast M.
  • Wanneer de rechter speler (R) bij het plekje links in de bovenhoek komt, snijdt hij naar de basket, ontvangt hij de bal van M en werkt hij af.
Doorschuiven
  • De spelers schuiven telkens een plekje naar rechts op.
drawing Passen en afwerken
Uitvoering
  • Begin met een speler in het midden van het veld, een speler op de vleugel, en een rebounder onder de basket.
  • De speler in het midden past de bal naar de vleugelspeler.
  • Na de pass rent de speler in het midden naar de plek waar de vleugelspeler stond.
  • De vleugelspeler ontvangt de bal en dribbelt richting het midden van het veld.
  • De speler die naar het midden is gerend, ontvangt een pass van de vleugelspeler en maakt een lay-up.
  • De rebounder blijft op zijn plek onder de basket om de bal te vangen na de lay-up.
drawing Michigan state passing techniek
Uitvoering
  • Plaats twee spelers met een bal bij de middenlijn.
  • Er staan ook twee rijen spelers bij de basket.
  • Een van de spelers bij de middenlijn legt de bal op de grond.
  • De twee spelers bij de basket sprinten naar de bal en strijden om deze te bemachtigen.
  • De speler die de bal pakt, wordt de aanvaller, terwijl de andere speler de verdediger is.
  • De speler die de bal op de grond legde, mag zich bij de aanvallers voegen zodra de bal is gepakt.
  • Speel verder in een 2-tegen-1 situatie richting de basket waar de rijen staan.
drawing 2 tegen 1 bij de basket
Doel
  • Versterken van de samenwerking en beweging zonder bal in een aanvalssituatie.
Uitvoering
  • Vijf aanvallers staan verdeeld over de driepuntslijn.
  • Een speler begint met de bal en passeert naar links of rechts.
  • De passer beweegt richting de basket, is aanspeelbaar maar ontvangt de bal niet direct.
  • De passer snijdt door en vult de vrijgekomen positie op.
  • De overige aanvallers zonder bal helpen aan de strongside door hoger vrij te staan, zodat de eerste passer niet ver hoeft te gaan voor een vrije positie.
  • Zorg ervoor dat de bal niet te snel wordt doorgepasst om ruimte voor acties te creëren.
  • Let op balverlies om fastbreaks van de tegenstander te voorkomen.
Opbouw
  • Begin met 1 verdediger en breid uit naar 3 en 5 verdedigers.
  • Oefen met zoneverdediging en post op de kop.
drawing Pass en beweeg rond (totaal basketbal)
Doel
  • Verbeteren van pas- en lay-up vaardigheden.
Uitvoering
  • Verdeel het veld in een linker- en rechterhelft.
  • Twee spelers starten met een bal aan de baseline.
  • Er zijn drie pasposities: de vrijworplijn, de middellijn en opnieuw de vrijworplijn.
  • De speler met de bal geeft een pas aan de eerste paspositie (vrijworplijn) en ontvangt de bal terug terwijl hij verder loopt.
  • Vervolgens geeft de speler een pas aan de persoon op de middellijn en loopt verder.
  • Bij de laatste paspositie (vrijworplijn) geeft de speler wederom een pas, ontvangt de bal terug en maakt een lay-up.
  • Herhaal deze stappen aan beide kanten van het veld.
  • De oefening gaat door totdat een speler drie lay-ups heeft gescoord, waarna er gewisseld wordt van rol.
Variaties
  • Vervang de lay-up door een schot voor meer variatie.
drawing Passing en lay-up training