facebook pixel

Volleybaloefeningen voor de techniek 1,5 meter / corona / covid-19

Receptiedrill: 

  • 2 ballen per 3 spelers. 
  • Speler A opslag, direct na opslag gooit de spelverdeler de tweede bal naar de opslaggever, 
  • Spelers B neemt receptie naar de spelverdeler. 
  • De spelverdeler is degene die achter de verloren ballen loopt, de opslaggever probeert op een goed tempo een mooi aantal ballen naar de receptiespeler te spelen.
  • Doorschuiven na, ofwel 1 minuut, ofwel 15 recepties, ofwel 5 +-recepties (met max. van bv 20)


Opbouwmogelijkheden:

  • opslag: 
    • werpen onderhands, 
    • werpen bovenhands, 
    • onderhandse opslag, 
    • floatopslag, 
    • aanvalsslag, 
    • opslag vanop plint
  • receptie: 
    • vangen-werpen,
    • verplicht onderhands, 
    • verplicht bovenhands, 
    • starten vanuit kniezit, 
    • starten 2m links van centrale positie, 
    • starten op 3m, 
    • starten op 8m...

iedere speler heeft een eigen bal. 

  1. de spelers gaan de bal bovenhands voor zichzelf opspelen. 
    • trainer zegt wat ze moeten gaan doen
    • onderarms spelen
    • op je knieën gaan zitten
    • op je knieën een rondje maken
    • gaan liggen en weer opstaan
  2. bij elke oefening blijf je telkens doorspelen
Opstelling van materiaal: 
  • Goal in het midden van het veld tegen de muur, met een speler erin
  • Andere spelers op een rijtje
Spelverloop: 
  1. De spelers gooien/slaan de bal naar de goal en proberen te scoren in de goal. Ieder om de beurt.
  2. De speler in de goal , blauw, probeert de ballen uit de goal te houden.
Opmerking: 
Gebruik 5 pionnen als scorebord.
Iedere speler die scoort mag een pion wegnemen bij de doelman. Bij 5 doelpunten verwisselen van speler in het doel. 
 

drawing Goal
  • Een speler is aan het werk. (speler 4)
  • De andere 3 spelers staan opgesteld in verschillende hoeken van het veld. (zie tekening) 
  • Zij zorgen dat de speler ballen kan verdedigen. 
  • Steeds als een speler geweest is, is de volgende speler aan de beurt. 
  • De oefening wordt uitgevoerd op één helft van het veld.  
  • Speler 1 smasht op speler 4, speler 2 geeft een korte bal, speler 3 smasht. 
  • Na 3 ballen draaien we een plaats door:
    • Speler 4 naar positie speler 2. 
    • Speler 2 naar positie speler 1. 
    • Speler 1 naar positie speler 3.
    • Speler 3 naar positie speler 1.
drawing Oefening 1 - Corona training
  • Maak groepjes van drie, een met bal.
  • 1 gooit de bal over het net in een vak van 3x3m de passer staat in dat vak en past de bal naar het net waar deze wordt afgevangen.
  • Zorg voor een tweede bal voor een sneller spel.
  • Na tien ballen doordraaien.
  • Eventueel beginnen met vangen dan op bouwen met spelen



  • 1 speler aan het net op positie 2/3
  • 3 spelers in het achterveld.
  • Speler aan het zet de verdediging aan het werk en heeft de vrijheid iedere bal minimaal 1 tot maximaal 3 x aan te raken.
  • De verdediging zorgt dat de bal in 1 of 2 x bij de speler aan het net komt.
drawing Verdedigen (4 personen)

opstelling van materiaal:

  • Goal in het midden van het veld, met iemand erin 
  • Andere spelers aan de andere kant van het net. 


Spelverloop:

  1. De spelers gooien/ slagen de bal naar de goal en proberen te scoren in de goal. 
  2. De speler in de goal (blauw) probeert de ballen uit de goal te houden. 


Opmerking:
Zet het net zo laag mogelijk. 

drawing GOAL !

2 gaat overspelen met pass.

Variatie:

  • Muur aantikken, medespeler mag 1x voor zichzelf spelen.
  • Lijn aantikken
  • Knie grond aanraken
  • Billen grond aanraken
  • Met tweetallen de bal overgooien, bovenhands en onderhands en ondertussen zijwaarts verplaatsen:
    • Elk tweetal minimaal 6x de bal overgooien en zijwaarts verplaatsen - 2 rondes.
    • Elk tweetal minimaal 6x de bal bovenhands spelen - 4 rondes.
    • Elk tweetal minimaal 6x de bal onderhands spelen - 4 rondes.
    • Elk tweetal minimaal 6x de bal met één arm spelen - 1 ronde.
  • Als alles gelopen is, opnieuw beginnen totdat het tijd is.
drawing Oefening 2 - Corona training
  • Spelers staan in cirkel met elk een bal
  • In het midden ligt een bal. (grote bal)
  • Probeer de bal te raken. 
  • Je mag de bal in de cirkel houden met gebruik van je voeten

cirkel-bal-in-het-midden

Materiaal:

  • Mat tussen positie 5/6 - mat op positie 5 - mat op positie 5 kort op 3 meter lijn (zorgen voor boog)
  • 3 kegels op positie 4 plaatsen aan buitenkant om duidelijk looprichting af te zetten


  • Speler positie 3
  • Speler positie 5
  • Enkele met bal aan de paal
  • Twee aanvallers staan klaar om aan te vallen 
  • Twee blokkers (eventueel) 


BEDOELING:

  • Bal aanspelen naar Marie - Marie brengt perfect naar Lene - Lene geeft pas
  • Aanval verplicht diagonaal = diagonaal aanlopen 
  • Kegels staan er niet voor niets, langs linkerkant van kegels blijven: diagonaal is de boodschap
  • Eventueel eerst vrij aanval - daarna eventueel met blok


  • Na tijdje wisselen van kant = aanval op positie 2


  • Materiaal:
    Mat tussen positie 1/6 - mat op positie 1 - mat op positie 1 kort op 3 meter lijn (zorgen voor boog)

Opstelling van materiaal:

  • Kast met allemaal kegels op. 


Spelverloop:

  1. De spelers staan op een bepaalde afstand van de kast, en gooien/ slagen naar de kegels.
    Ze proberen om er zoveel mogelijk in één keer af te gooien.


Opmerking:

  • Dit kan 1 voor 1, maar ja kan ook alle kinderen samen de kegels eraf laten slagen.
  • Kan ook een onderdeel zijn van een oefening (beloning)

 

drawing Kegel ze om !