Volleybaloefeningen voor cmv 5

  • 6 keer naar het net (vooruit en achteruit)
  • 2x heen en weer knie heffen (linkerbeen omhoog, linker arm omhoog enz)
  • 2x heen en weer hakken/billen bovenlichaam recht
  • 2x heen en weer laag zittend in verdedigingshouding
  • 2x kruispas heen en weer.
  • 5x opdrukken (mag ook op knieën)
  • 35 sec. planken (rechte rug) 3x met 15 sec rust tussen door.
  • op je rug liggen, 1 minuut fietsen
  • 10x hele buikoefening 
  • Drietallen 1 bal.
  • Twee op de achterlijn 1 met bal aan het net.
  • De bal wordt in een helft van het veld gegooid de passer moet roepen en de ander gaat hem vangen.
  • De spelers mogen alleen aan hun eigen kan passen.
    • Als dit lukt hebben ze beide een punt.
  • Gaat alle de pass goed heeft de passer een punt (streng zijn op de pass)
  • Na 10 ballen draaien ze door.


Variatie
Als de achter spelers de bal bij de net speler krijgen verdienen ze een extra punt.






Het doel van de kern is, dat de spelers de bal bovenhands ver kunnen spelen

  • De spelers staan in tweetallen tegenover elkaar en spelen bovenhands
  • Handen goed boven het hoofd, vanuit de benen, lichaam strekken en bal nawijzen
  • De spelers gaan steeds verder uit elkaar staan.


  • Daarna vormen we twee rijtjes schuin over het veld en we spelen BH, achter je bal aan

kern-1-bovenhandsie

  • eerste de techniek uitleggen (hartvorm, 10 vingers de bal spelen)
  • 2 tallen alleen maar bh overspelen beginnen met vangen gooien.
  • langzaam uitbreiden naar kort contact
  • afstand niet te groot en concentratie.
  • let erg op vingers in hartvorm en met 10 vingers spelen 
  • gaat om succes ervaring,
  • Trainers: Basis voordoen, rechter been voor, plank maken, instappen, etc.
  • In tweetallen met 1 bal. Speler bij het net gooit bal aan speler achterin en die passt netjes terug. Is pass goed dan mag je bovenhands doorspelen maar streng zijn!! 20 ballen dan wisselen.
    (Punten telling elke goede bal is een punt.)
  • Idem alleen nu krijg je kort/lang de balen aan gegooid. Dus achter speler moet voorwaarts/achterwaarts verplaatsen.

3 tallen A B C

  • A speelt BH naar B
  • B speelt BH achterwaarts naar C
    • bij achterwaarts staan de ellebogen wel naar buiten
  • C speelt BH naar B
    • c moet goed vanuit de knieen spelen en uitstrekken
  • na 10x 1 plek doordraaien

bovenhands-met-3-tallen-b-achterwaarts--1

  • Besteed veel aandacht aan de volgende accenten:
    • Let op bij spelen dat speler geheel uitstrekt en bal 'achterna' wijst.
    • En bij speler die achterover speelt de ellebogen goed UIT elkaar doet en ook goed uitstrekt naar achteren
  • 2 passers, 2 afvangers (SV), 2 serveerders 2 reserve aan beide kanten van het net
  • serveerders serverenen de bal strak op de passers
  • passer speelt bal naar midvoor, midvoor vangt af
  • iedereen 1 plek doordraaien

Twee teams van minimaal drie spelers. Allemaal een fitnessbal. het is een partytje. je mag de volleybal alleen met de fitnessbal overspelen.

Twee tallen 1 zit er op de grond de ander staat.

De speler die staat moet de tenen van de gene die zit aanraken. hij mag niet over de speler die zit heen hangen.

  • de trainer staat aan het net. 
  • 1 persoon in het veld. 
  • de trainer gooit moeilijke ballen 
  • de persoon in het veld moet ze de ballen 3 keer achter elkaar aanraken. 
  • doet hij/zij dit niet ga je door tot het hem/haar is gelukt. 
  • de rest van de spelers staan om het veld heen om de ballen af te vangen en in terug te leggen in de kar.
  • leg in elk veld op een willekeurige plek een mat.
  • Aan 2 kanten staat een groepje om te serveren.
  • Serveer op de mat.
  • Dan loop je achter je bal aan en sluit je aan de overkant aan in de rij.
  • Wie heeft de mat het meeste geraakt?
  • Spelers moeten proberen zo dicht mogelijk bij de achterlijn te staan, maar als het niet lukt mogen ze dichter bij het net gaan staan