facebook pixel

Volleybaloefeningen voor de techniek warming-up

- Buikspieren 1 minuut (navel in de grond drukken)

- omgekeerd opdrukken, vingers richting rug plaatsen 15x 

- 60 sec. planken (rechte rug)

- 15 x Zwemmen

- Opdrukken 20 x 

- Squat 10x

9 hoepels neerleggen; 3x3

Twee teams, de teams moeten naar de hoepels rennen en dan hun spullen neerleggen. Het team dat als eerste drie op een rij heeft, heeft gewonnen. 

Twee gelijke teams maken. Ze moeten de bal 10x naar elkaar overgooien. de tegenpartij mag de bal afpakken of wegslaan. Lukt het om de bal 10x over te gooien, dan krijgen ze een punt. 

  • Veld wordt verdeeld in 6 vakken 
  • 3 vakken per veld
  • De trainer roept een getal tussen de 1 en de 6 
  • de spelers rennen naar het betreffende vak

Gezamenlijk warmlopen er wordt iemand aangewezen die telt:

  1. 12x looppas
  2. 3x zijwaarts
  3. 3x kruis pas
  4. 1x knie heffen
  5. 1x billen tik


Achterlijn naar het net en terug is 1x

Na het lopen is er 5 minuten ruimte om te rekken en streken

Doel:

Teambuilding 



Deze oefeningen kan in allerlei varianten.

  • 2 gelijke groepen 
  • estaffete.  dus welke groep is als eerste klaar
    1. speedladder
    2. onder 'mat op banken' door
    3. door hoepel heen
    4. slalom door palen heen
    5. klim over kast
    6. 3x opdrukken
    7. 10x met 2 benen op bank springen
    8. tik volgende aan
    9. LET OP: smokkelen is opnieuw beginnen met onderdeel (niet gehele parcours natuurlijk)

Elke oefening wordt 30 seconden gedaan, gevolgd door 15 sec rust: 

  • Knieheffen op de plaats
  • Muurzitten
  • Push-Ups (ieder op eigen niveau)
  • Sit-ups (rechte en/of schuine buikspieren)
  • Bankspringen
  • Squats
  • Lunges
  • Armheffen met waterflesjes
  • Planken (gewoon, of zijkant)

1 minuut per onderdeel in 4 gelijke groepen.

  1. Buikspier oefening met bal in de hand, tegelijk benen omhoog en bal met gestrekte armen been aanraken. Let op dat ze niet vanuit hun nek omhoog komen.
  2. 3 hoepels en zo snel mogelijk door de hoepels heen.
  3. Met ruggen tegen elkaar en de bal over je hoofd geven aan de ander.
  4. Op een matje touwtje springen
  • Er is één tikker.
  • Ongveer 2 a 3 ballen per 6 spelers 
  • De tikker moet proberen de deelnemers zonder bal zo snel mogelijk te tikken.
  • De personen die een bal hebben kunnen niet getikt worden.
  • Zij moeten echter wel ‘sociaal’ zijn en de bal naar de persoon gooien die bijna wordt getikt!
  • Als iemand is getikt, dan wordt diegene de tikker.
  • De spelers beginnen met het overgooien van de bal.
  • Na het gooien van de bal loopt elke speler om de pion naar de overkant.
  • Eén van de spelers bepaalt vervolgens hoe er overgespeeld wordt en op welke manier de spelers zich om de pion verplaatsen.
  • De andere spelers doen deze speler na.

langs-het-spelen-lopen-om-pion-1

  • rustig aan 5 rondjes 
    • warm lopen, 
    • armen zwaaien, 
    • zijwaarts lopen op achterlijnen, 
    • knieen omhoog.
  • Het lichaam en de spieren gereed maken voor het werk wat moet worden verricht.
  • Voor al de spieren,gewrichten en lichaamsdelen die wij nodig hebben bij het volleyballen.
  • En natuurlijk ook fysiek en geestelijk