Voetbaloefeningen voor o9 jeugd


Organisatie:

Er wordt in 2 ploegen tegen elkaar gespeeld.  De 'aanvallers' spelen richting groot doel, de 'verdedigers' richting 4 kleine doelen aan de zijkant.
Als de partij die op de grote goal moet scoren de bal is kwijtgeraakt, moeten ze de 4 doeltjes verdedigen.
Na 15 minuten wisselen van helft.

Opmerkingen:

Als de aanvallers de bal kwijtraken, kan dit heel snel een tegendoelpunt opleveren.
Vooral de spelers die in de competitiewedstrijden te weinig meeverdedigen kunnen deze partijvorm niet leuk vinden.

Aandachtspunten:

Op tijd de man dekken.
Niet happen.
Aan de goede kant dekken.
Houding tijdens de duels, door de knieën.

2 teams

  • De spelers voetballen 4 tegen 4 en moeten in de aanval 2 x met elkaar hebben over gespeeld voor er wordt gescoord. (daarna uitbreiden naar 3x)
  • Wanneer een bal wordt afgepakt dan moet er opnieuw worden geteld met overspelen.  
  • Wanneer er niet overgespeeld is mag er niet gescoord worden. 

De spelers leren bij Koningsvoetbal goed over te spelen. 

  • 2 teams
  • Per team 1 Koning
  • Per team 1 bal. (variatie 1 bal als er een spel wordt gespeeld)
  • De teams bewegen in het veld in een vierkant. 
  • De bedoeling is dat de bal 3 x in de voeten wordt over gespeeld binnen je eigen team en dan wordt er naar de Koning geschoten. 
  • Wanneer de Koning hem aanneemt is er een punt voor dat team.
  • Eerst oefenen ze binnen het team en dan wordt er tegen elkaar gespeeld. 
  • Wanneer de bal wordt afgepakt dan moet er opnieuw geteld worden.


  • 4 spelers wegzetten.
  • 1 speler in het midden.
  • Ruimte: Breedte 10-12 meter, lengte 7-10 meter.
  • Altijd uitzetten in een rechthoek.


Aandachtspunten

  • doorbewegen zonder bal, bal vragen.
  • De 3 spelers die rondspelen krijgen een punt bij 10x rondspelen.
  • Start met 3x raken per speler en bouw dit af naar gelang niveau tot 1x raken.
  • Speler in het midden krijgt een punt bij aanraken en bouw dit op tot het verwijderen van de bal uit de het vak.

lange-pass-trap-gevolgd-door-1-2-combinatie-met-afwerken-op-doel-4

Inhoud

  • Nr 1 geeft een lange pass/trap op nr 2
  • Nr 1 biedt zich aan voor de 1 - 2
  • Nr 2 komt in de bal en passt de bal op nr 1
  • Hij speelt hem op de binnenkant van hem
  • Speler nr 1 passt dan de bal met zijn rechter been op nr 2
  • Speler nr 1 controleert de bal of schiet rechtstreeks op het doel
  • Wanneer er van de andere kant wordt gewerkt dan het linker been gebruiken


Opbouw van de oefenvorm

  • Tweetallen één bal
  • Spelers bij nr 1 hebben balbezit
  • Na gewerkt te hebben wisselen van taak en achter aansluiten
  • Afstanden vergroten/verkleinen


Coaching

  • De bal goed strak inspelen
  • Speel de bal aan de binnenkant waardoor er met rechts gespeeld moet worden.
  • De bal zal dan naar de afwerker toekomen
  • Zorg dat spelers niet te lang stilstaan

2 teams

  • De spelers voetballen 4 tegen 2 en moeten in de aanval minimaal 3 x met elkaar hebben over gespeeld en maximaal 10 maal voor er wordt gescoord.
  • Wanneer een bal wordt afgepakt/aangeraakt/ over de lijn gaat  of er gescoord wordt dan moet er worden gewisseld met aanvallende en verdedigende partij.  
  • Wanneer er niet overgespeeld is mag er niet gescoord worden. 

Inhoud

  • Nr 1 of keeper neemt een doelschop
  • Nr 2 neemt de bal aan
  • Nr 2 geeft een diepte pass op nr 3
  • Nr 3 speelt in op nr 4 deze komt in de bal
  • Nr 4 maakt ruimte voor de inkomende speler
  • Nr 3 speelt nr 5 aan
  • Nr 5 neemt de bal aan en scoort


Opbouw van de oefenvorm

  • Bij nr 1 twee spelers met een bal
  • Bij 2, 3 en 5 drie spelers
  • Doorschuiven van 1 naar 5
  • Bij geen keeper dan gaat 5 op doel
  • Afstanden vergroten/verkleinen
  • Inspelen op het buitenste been
  • Oogcontact en in de bal komen
  • Bij positie 4 een verdediger erbij
  • Bal over de grond en/of door de lucht
  • Bij oponthoud speler 1 de doelschop nemen


Coaching

  • Wanneer nr 1 controle over de bal heeft, dan pas in de bal komen
  • Bij nr 4 eerst weg van de bal om vervolgens in de bal te komen
  • Zorgen dat men niet tekort op elkaar komt te spelen dat is nl makkelijk te verdedigen


het-verbeteren-van-passen-en-schieten-met-opbouw-vanuit-verdediging-4

De spelers leren bij Koningsvoetbal goed over te spelen. 

  • 2 teams van 4 spelers
  • Per team 1 Koning
  • Per team 1 bal. (variatie 1 bal als er een spel wordt gespeeld)
  • De teams bewegen in het veld in een vierkant. 
  • De bedoeling is dat de bal 3 x in de voeten wordt over gespeeld binnen je eigen team en dan wordt er naar de Koning geschoten. 
  • Wanneer de Koning hem aanneemt is er een punt voor dat team.
  • Wanneer de bal wordt afgepakt dan moet er opnieuw geteld worden.
  • Als de bal uit het veld is mag het andere team opnieuw beginnen


passen-en-sprinten-2-groepen-3

Veldopstelling:

  • 4 maal 2 x 4  pionnen naast elkaar opstellen zodat vier straten ontstaan van pionnen.


Spelverloop:

  • De spelers moeten proberen exact door de pionnenstraat te passen en er daarna doorheen te sprinten achter de bal aan.
  • Een ander speler ontvangt de bal dribbelt naar de andere pionnen straat, speelt de bal door de pionnen straat en sprint terug naar de groep. 


Spelregels:

  • De bal moet door de pionnenstraat heen.
  • Als je een pion raakt moet je sprinten om de pion recht op te zetten en het opnieuw proberen.
  • De bal moet langs alle pionnen gaan alvorens de ontvangende speler de bal mag aannemen.
  • De volgende speler mag schieten en sprinten zodra de speler aan de overkant heeft geschoten.
    dus als het goed is gaat er steeds een bal heen en tergelijkertijd een bal terug. 
  • Positioneel zeer goed verdedigen
  • Tegenstander dwingen tot breedtespel
  • Bal afpakken
  • Bal blijven zien
  • Zonder overtredingen het scoren van de tegenstander beletten
  • Overzicht houden, meer zien dan alleen directe tegenstander (rugdekking geven)
  • Samenwerken (kleine ruimtes maken) om de tegenpartij op te houden
  • Direct starten met dribbelen
  • Snel handelen, direct kunnen passen


2-tegen-2-lijnvoetbal-2

terug-koppen-1

Veldopstelling:

Per groepje van 2 spelers 2 x 2 pionnen opstellen. Elke 2 spelers 1 bal.

Spelverloop:

De bal wordt door de ene speler opgegooid en door de andere teruggekopt. De onderstaande varianten moeten daarbij worden geoefend.

Varianten:

  • Kop de bal terug in de handen van de speler.
  • Kop de bal over de speler heen.
  • Kop de bal via de grond richting de speler.


Tips:

  • Zorg dat je vanuit je nek kopt en niet de bal gewoon laat stuiteren op je hoofd.
  • Span altijd je arm spieren aan en beweeg je hoofd richting de bal.

verbeteren-koppen-volley-en-dropkick-1

Inhoud 

  • Nr 1 loopt achterwaarts en gooit de bal onder-hands op het hoofd van nr 2
  • Wanneer men aan de andere zijde is, worden de rollen omgedraaid 
  • Deze loopt voorwaarts in de bal en kopt de bal in de handen van nr 1
  • Zowel koppen, het aangooien op kniehoogte als het geven van een dropkick = bal met wreef terugspelen kort nadat de bal de grond heeft geraakt


Opbouw van de oefenvorm

  • Tweetallen één bal
  • Rustig aangooien. 
  • De speler loopt in de bal het geen gemakkelijker dan andersom
  • De afstanden niet te groot maken

Coaching Materiaal

  • Nr 2 moet achterwaarts lopen en de bal onder-hands aangooien. Minimaal vier pilonnen/doppen
  • De speler moet opletten dat er geen obstakels op het veld staan
  • De techniek van het koppen, op kniehoogte terugspelen en dropkick voordoen en controleren op de juiste uitvoering