Volleybaloefeningen
Voortbewegen met bal
- Bal voor je houden en lopen / hakken-billlen / knieheffen
- Bal boven je hoofd houden en schuiven / kruispas
- Bal voor je houden, maak een grote stap naar voren en zak door je knieën tot een hoek van ongeveer 90°. (Lunges)
- Plaats een vlag in het midden van een cirkel.
- De cirkel voorzien van pionnen die om de 75-100 cm uit elkaar staan, afhankelijk van het niveau van de speelster/spelers.
- Zie ook:
- Verdeel de spelers/speelsters over de cirkel tussen de pionnen in;
- Begin met 'joggen' tussen de pionnen door (slang beweging);
- Armen om de beurt mee draaien (opwarmen)
- Op aangeven van de trainer ( fluitje) korte sprint naar de vlag in het midden en weer terug;
- 2x fluit sprint naar buiten
- Volgende oefening :
- Zig-Zag (van links naar rechts) tussen de pionnen door,
- Ren zijwaarts buitenlangs, en maak regenbogen (knie omhoog) met de linkervoet over iedere pion
- Ren zijwaarts (binnenlangs) en maak regenbogen (knie omhoog) over iedere pion (met rechtervoet);
- Korte dribbel met de voeten voorwaarts en achterwaarts tussen de pionnen door, wel doordraaien.
Eerste fase, per 2:
- Werper heeft 2 tennisballen,
- Die hij om de beurt in een zone gooit waar de ontvanger staat,
- Korte afstand
- Ontvanger vangt telkens met 1 hand
- Zelfde met volleyballen
- Ontvanger vangt niet meer, maar speelt telkens onderhands terug
- Ontvanger vangt niet meer, maar speelt telkens onderhands terug
- 2 spelers vertrekken aan het net,
- Iemand anders gooit een freebal in, er wordt opgebouwd en aangevallen
- Team die bal gegooid heeft verdedigt
- Receptie, andere speler loopt in en valt aan op receptiespeler, receptiespeler valt aan, doorspelen
- receptie, andere speler loopt in, toetst naar receptiespeler, receptiespeler speelt hoog terug en andere speler valt aan, doorspelen
- Zones maken in het veld
- Opslaggever roept straat of dia
- Bij korte opslag: diep slaan
- Bij diepe opslag: kort
- Vrije match
Organisatie:
2 personen aan opslag
2 personen in receptie
1 aanvaller op positie 4
1 aanvaller op positie 2
- Opslag naar 1 van de 2 receptiespelers
- 2e persoon loopt in en geeft pas vooruit (naar 2 of 4)
- Met aanval
- Met aanval naar bepaalde zone
- Bovenhands in een slang doorspelen
- Twee rijen met de gezichten naar elkaar.
- Nr 1 speelt de bal recht over en sluit na het spelen aan het einde van de slang aan.
- Nr 2 speelt de bal schuin over en sluit na het spelen ook aan het einde van de slang aan enzovoort
- Zo lang mogelijk volhouden (veld rond!)??
Het doel van de kern is, dat de spelers de bal bovenhands ver kunnen spelen
- De spelers staan in tweetallen tegenover elkaar en spelen bovenhands
- Handen goed boven het hoofd, vanuit de benen, lichaam strekken en bal nawijzen
- De spelers gaan steeds verder uit elkaar staan.
- Daarna vormen we twee rijtjes schuin over het veld en we spelen BH, achter je bal aan
Een vaste setter
2 rijtjes op de achter lijn
- Trainer slaat een bal aan op speler 1
- Setter geeft set-up op speler 2 welke aanvalt
- Speler 2 direct terug voor 2e bal
- (rest in spiegelbeeld nog een keer)
Volgende 2 tal
- Per setter elk 2 tal 3 series
Doel van de oefening is, de spelverdeler moet proberen dat er aan de andere zijde v/h net geen dubbel blok gevormd kan worden.
- T speelt de ballen aan een hoog tempo richting pos. 3
- SV loopt in en geeft set-up voor -of achterwaarts om blok te misleiden.
- B proberen tot een dissel blok op aanval te komen.
- SV loopt na de set-up om T heen.
- SV1 & 2 lossen elkaar na elke set-up af.
Uitbreiding :
- Veldverdediging toevoegen. (Libero's)
- B's spelen bal hoog terug over naar aanvaller die pass geeft richting pos 3/2
- Oefening start opnieuw vanuit pass aanvaller.
Doel: periferisch zicht.
- C speelt de bal naar L.
- L onderhands naar pos 3/2 --> SV2
- ondertussen schuift B3 op naar pos 2 of 4. (tek. naar 2)
- SV2 set-up naar de pos. waar maar één blok staat.
- C gaat mee blokken.
- A aanval.
Ondertussen:
- T speelt bal naar SV1
- SV1 set-up naar aanvaller waar twee blok staat.
Uitbreiding : veldverdediging.
Doel: Libero training en verdediging
- T speelt in tempo de ballen naar SV.
- SV set-up (2é Tempo) naar A (positie 3) --> gericht aanval naar posities 1 of naar B (positie 4) --> gericht aanval naar positie 6
- L vertrekt van af pos 6 + verdediging naar SV2
Uitbereiding 1 : Na verdediging van L naar SV, set-up naar positie 4 waar C aanvalt (gericht)
Uitbreiding 2 : L2 verdedigd aanval van C, C gaat bal vangen.
Per 2 tegenover elkaar gaan staan:
- 1 persoon heeft 2 tennisballen, de andere 2 volleyballen.
- De persoon met de volleyballen gooit een bal hoog naar de andere persoon, naar 1 van zijn 2 handen
- Die persoon moet de tennisbal in dat hand laag teruggooien naar de andere persoon
- Altijd dezelfde persoon die de eerste actie uitvoert
Per 2 tegenover elkaar gaan staan:
- 1 persoon heeft een tennisbal, de andere een volleybal
- De volleybal wordt in 2 contact overgespeeld, hoog of laag
- De tennisbal wordt dan in 1 contact overgespeeld, laag als de volleybal hoog komt, hoog als de volleybal laag komt
Per 2 tegenover elkaar:
- Variant op vorige oefening
- Wordt de volleybal hoog gespeeld, moet hij in 1 contact rechtstreeks overgespeeld worden (tennisbal is tegelijk laag gespeeld)
- Wordt de volleybal laag gespeeld, wordt deze in 2 contacten overgespeeld
Per 2 tegenover elkaar:
- Bal zo lang mogelijk naar elkaar spelen met enkel de armen te spelen.