Volleybaloefeningen voor b jeugd

Krachtrondje

  • 15 situps
  • 20 sec planken
  • 15 burpees
  • 30 keer rennen (pushup houding, knieeën naar de elleboog aan de andere kant brengen, snel tempo)
  • van achterlijn naar 3 meter lijn
  • terug shuffelen
  • aanval maken (zonder bal)
  • terug naar 3 meter lijn
  • 3x blokken
  • terug duiken naar achterlijn
  • je hebt 2 passers op ra en la
  • trainer gooit/serveert bal over het net naar de 2 passers
  • na los geroepen te hebben, bal passen naar sv op 2/3
  • sv geeft set up op lv
  • iemand aan de overkant van het net probeert te blokken en haalt anders de bal op
  • steeds 1 plekje opschuiven

Hole 1

  • Start op achterlijn (2 spelers, rest van het veld is leeg)
  • 3x overspelen met pass, set-up, aanval.
  • Onder het net door (blijven spelen).
  • Met slag beweging antenne raken.
  • Niet gelukt nogmaals bij achterlijn starten, wel gelukt naar hole 2.


Hole 2

  • Vanaf achterlijn de bal in het net slaan
  • Persoon 2 'vist' en geeft set-up (2 keer spelen)
  • Persoon 1 komt naar voren en speelt bovenhands tegen de antenne.

vlinder-spelverdeler-draait-niet-door-2

  • A serveert op B
  • B speelt in C
  • C set up en B speelt over net
  • Loop achter eigen bal aan


  • Aan beide kanten van het net staat een rij met spelers. De eerste heeft geen bal de anderen wel.
  • Speler 1 staat naast speler 2.
  • Speler 2 smash de bal op de grond. 
  • Speler 1 rent achter de bal aan en zorgt ervoor dat hij/zij stil staat als er gepasst moet worden. Speler 1 speelt de bal voor zichzelf omhoog en vangt deze af. Sluit weer achteraan in de rij. 
  • Speler 3 smasht voor speler 2 
  • etc. etc.
  • opdrukken (mag ook op knieën) (30 sec) 2x
  • 30 sec. planken (rechte rug) 3x met 10 sec rust tussen door.
  • 1 opdrukhouding tegenover elkaar met een bal ertussen en de bal van links naar links overitkken
    • 10x en 10x rechts naar rechts.
  • 10x hele buikies
  • 2 ballen per 2-tal. 
  • Een gooit aan, ander speelt BH terug. 
  • 2e bal aangooien als de 1e terugkomt. 
  • Samen houden ze 2 ballen in de lucht: 
    • dus 2x zoveel balcontact als wanneer ze met 1 bal werken. 
  • Variaties/uitbreiding: iets links/rechts aangooien (verplaatsen > stilstaan), kort/lang aangooien.
  • 2 vaste spelverdelers staan aan het net en wisselen om en om.
  • overige spelers zijn verdeeld in 2 rijen op mid en buiten.
  • Buitenspelers spelen de bal aan naar de spelverdeler.
  • Spelverdeler geeft set-up aan mid of buiten. Beide spelers vallen aan (schijnaanval).
  • Speler die heeft aangevallen haalt de bal op en brengt deze terug. Andere speler blijft staan en valt opnieuw aan.

kort-lang-aanvalsverdediging-positie-1-5-in-3-tallen-2

Zie afbeelding. Elk 3 tal 2 ballen. 2 spelers aan het net aantal meter uit elkaar, andere speler in achterveld.

  • Oefening 1: Spelers gooien in tempo om beurten, speler in het achterveld speelt de bal onderhands terug.
  • Oefeninig 2: Eerste bal komt diep, 2e bal komt kort
  • Oefening 3: Aangooiers gaan een beetje verder uit elkaar staan en gooien rechtdoor: speler met bal aan de zijlijn gooit diep, andere kort. 


Na x-aantal ballen of na bepaalde tijd wisselen van plaats.

  • Tweetallen tegenover elkaar met net ertussen
  • Er staat een kegel onder het net
  • Spelers spelen bal bovenhands voor hun eigen en toetsen de bal dan over
  • Na het spelen gaan ze de kegel tikken onder het net en gaan terug klaarstaantoets
  • 2 rijen spelers
    • 1 rij op links achter
    • 1 rij op rechtsachter
  • creeer met 4 pionnen een virtuele lijn waar ze achter moeten staan
  • trainer staat aan andere kant van het net  en gooit bal ergens in het veld
  • 1 van de 2 voorste in de rijen roept LOS of IK (afspreken wie kort of diep pakt)  
  • deze speler passt bal over het net naar de vorige speler
  • een ronde vangen voor de volgende
  • Had je de bal niet, sluit aan in de kortste rij
  • los-roepen-10