Gedeelde Training

20250508 sen 1/3
Benodigde materialen
  • 2 x Ballen
  • 8 x Hoedje
Diversen
Totale duur training:
90 min.
Niveau:
  • Senioren
9 Oefeningen
Warming-up met ladders
0 min.
Warming-up met conditie
0 min.
Schot variaties
0 min.
Afsluitend partijtje
0 min.
Totaal
0 min.
Oefeningen
Warming-up met ladders
0 minuten
Technieken
Warming-up : flexibiliteit
  1. Leg 2 ladders uit met aan elke kant van de ladder een half team. In de sport het verste weg ligt een hoedje/lintje/blokje. de eerste speler sprint naar het hoedje en legt het hoedje 1 sport terug en gaat achteruit naar de volgende speler. Deze speler legt het hoedje weer een plek terug, enz. Welke groep heeft het hoedje het eerst heen en terug gebracht. 3x
  2. zijwaarts door de ladder stappen, beide voeten in elke trede 3x
  3. van links naar rechts door de ladder heen met twee voeten naast de ladder/in de ladder en rechts naast de ladder  3x
  4. links naast de ladder staan. Rechterbeen in de ladder, linkerbeen achterlangs en rechts naast de ladder, rechterbeen aansluiten. Dan links in de ladder steppen en rechts achterlangs links naast de ladder zetten. 3x
  5. van rechts naar links huppend door de ladder 3x
Warming-up met conditie
0 minuten
Technieken
Warming-up : Spelvorm - Passing - Conditie
Benodigde materialen
1 x Ballen , 4 x Hoedje
  1. Zet een vierkant uit van ongeveer 5 bij 5 m
  2. Bij elk hoedje staat een speler, waarvan 1 met bal
  3. De speler X gooit de bal naar Y en loopt naar Z
  4. A loopt naar X en krijgt de bal van Y die loopt naar A
  5. Z loopt naar Y en krijgt de bal van A en loopt diagonaal weg
De bal blijft dus op dezelfde plaats heen en weer gaan en de spelers blijven lopen.

Ladder drill
  1. met 1 been hinkelend in/uit de ladder zijwaarts 2x links, 2x rechts
  2. met 2 benen huppend in / uit zijwaarts
  3. 1 been in de ladder het andere been er naast. Been uit de ladder stappen en vervolgens in het volgende vak er weer in. Het ene been blijft steeds buiten de ladder. Tijdens het ladderen wordt een tennisbal van links naar rechts om het lichaam overgegeven/gedraaid. Aan het eind van de ladder telkens een hoge opsprong. 2x links, 2x rechts
  4. Staand in een ladder vakje / hoedjes vierkant gaan de voeten eerst links en rechts naast het vakje, vervolgens weer terug, daarna beide achteruit het vakje en weer terug, dan vooruit uit het vakje met 2 voeten en weer terug. Het tempo steeds opvoeren. 2x 30 seconden.
Sprint duel:
  1. speler 1 met een bal in één hand vooruitgestoken
  2. speler 2 pakt de bal, draait zich om en sprint 7 meter weg, waarbij speler 1 hem voor de lijn probeert te tikken.
  3. de balpakker mag via schijnbewegingen de tegenstander uit balans brengen voordat hij de bal art en wegsprint.
  4. 2x 5 pakker en 2x 5 tikker

drawing warming-up met conditie
Schot variaties
0 minuten
Technieken
Schot : Basistechniek, Uit beweging
  1. doorloopballen (onderhands, bovenhands, met 1 hand)
  2. strafworpen
  3. afstap ballen ( varieren van 2-5 meter)
  4. schot uit beweging vanaf de zijkant van de paal ( 5-7 meter)
  5. schot uit stand van 3-4 meter
  6. uitwijkbal (zijwaarts/in-uit felle wijkbeweging)
drawing schot variaties
Technieken
Passing : Gooien, Vangen, Timing - Conditie
Benodigde materialen
2 x Ballen , 8 x Hoedje
  • Speel 2:2, wel tweetal maakt als eerste 5 doelpunten. (dit doen we 2 x tegen een ander tweetal)
  • 4:4 , waarbij in een kleine ruimte 10x moet worden overgespeeld, zonder dat de bal wordt onderschept of valt. 
  • Als deze oefening te makkelijk wordt, kun je de bal binnen 4 seconden te laten spelen. 
  • Het gaat er in deze oefening vooral om dat ze vrijlopen, op tijd aanvullen en overzicht behouden. 
  • Dit is een oefening waarbij je het inzicht om vrij te lopen kunt vergroten. 
  • Zeker als je het spel laat versnellen. (welk 4 tal scoort als eerste 3x)
Technieken
Aanval : 4-0, 3-1, Dynamisch - Doorloopbal : Aangeef - Schot : Uit beweging
  • De bal komt in een 4-0 opstelling het vak binnen. 
  • De speler aan de andere zijde -voor- snijdt in voor de steun.
  • Op het moment dat de bal wordt aangespeeld maakt de diagonaal speler een doorbraak of een zijwaartse beweging, krijgt de bal aangespeeld en komt tot schot.
  • Als er niet gescoord wordt, kan de steun de aandacht verleggen naar de andere achterkant, waar kan worden doorgebroken of vrijgelopen voor het schot.
Opmerking: de speler aan de kant van de bal kan ook inlopen in plaats van de speler voorin. De actie komt dan van de andere kant van het vak.

Oefening:
  • Scoor 5 doorloopballen over links en over rechts
  •  Scoor 5 uitwijkballen vanaf links en rechts.
drawing Actie vanaf achterkant
Technieken
Aanval : 3-1, Dynamisch - Passing : Gooien, Vangen - Rebound
  1. de achterspeler snijdt in naar de steun als de bal het veld in komt en krijgt deze aangespeeld.
  2. de passer loopt tegelijkertijd over de steun naar de rebound en neemt deze over.
  3. de steun speelt de bal door op de uitwijkende diagonaal speler en komt tot schot
  4. lukt dat niet, dan kan de bal worden doorgespeeld naar de uitgestapte eerste rebounder
Op dat moment kan er worden gedubbeld/ doorbraak van zowel de eerste als de tweede speler en je krijgt weer mogelijkheden als de dan staande rebounder weer uitstapt of de eerdere steun een actie zonder bal maakt.
drawing Aanvalsvariaties in het 3-1
Technieken
Aanval : 4-0, 3-1
  • De witte aanvaller speelt de bal op de rode aanvaller en loopt achter de bal aan. 
  • Onder de paal loopt de blauwe aanvaller evenwijdig met de witte speler mee.
  • Op het moment dat de rode speler de blauwe aanspeelt, gaat de witte speler naar binnen en krijgt de bal voor de doorloopbal. 
  • De andere rode speler vult aan en stapt eventueel uit.
drawing Van 3-1 naar 4-0 en scoren vanuit de ruimte
Technieken
Aanval : 3-1 - Schot : Uit beweging - Rebound
  • De bal wordt van de voorkant ingespeeld op de uitlopende speler onder de korf. 
  • Tegelijkertijd loopt deze speler over het steunpunt naar de korf voor de afvang. 
  • Het steunpunt plaatst de bal uit naar de andere speler voor, alternatief is naar achteren. 
  • De steunspeler komt uit naar de kant van de speler die de bal heeft gekregen en wordt weer ingespeeld.
  • Deze dubbelt de bal terug en de bal wordt geschoten door de voorste of achterste speler. 
  • De afvang wordt verzorgt door de speler in de vang -die heeft de achterkant van het vak, gezien vanuit de schutter- .
  • De niet schutter heeft de voorkant.
  • De aangever kijkt mee of hij/zij kan vangen en de schutter blijft bewegen voor een doorbraak.
  • Scoor 5x van rechtsvoor, 5x van rechtsachter, 5x van linksvoor en 5x van links achter.
  • Dit kunnen we oefenen met drietallen of viertallen.
drawing Aanval met dubbelen
Afsluitend partijtje
0 minuten
Technieken
Aanval : 3-1, 2-2

Speel in het 4:4, waarbij de aanval 3 kansen krijgt om tot scoren te komen. Als wordt raak geschoten neemt het scorende vak een vrije bal. Wordt de vrije bal benut, dan mag ook een strafworp worden genomen. 

In het aanvalsspel wil ik dat eerst de afvang wordt ingevuld. Dat mag ook dynamisch. Als het spel weer verder gaat, kijk je eerst naar de organisatie en dan pas naar de schatkansen