Gedeelde Training

Circulatie warming-up 

• Deze bestaat uit het losjes inlopen gedurende 5 à 10 minuten met verschillende lichte bewegingsvormen voor armen, benen en romp. 
• Hierdoor breng je de functie van het hart, de longen, het zenuwstelsel en het spierapparaat actief op een hoger niveau dan het rustniveau. 

Rekken en stretchen

https://www.youtube.com/watch?v=G0_j6VbM7T4&list=PLqgsQgXozlRE2KGLiZLbTP2Dhss9Eg5hD&index=12

1 passen: in pass-houding (met 2 ballen); ik bal aangooien, bal vangen met gestrekte armen tussen de benen en teruggooien; volgende bal aangooien 1 stap zijwaarts (laag blijven zitten), weer vangen en teruggooien; volgende bal gooien weer andere zijwaarts; zo 10 ballen achter elkaar iedere speler; hoog tempo houden; 3 rondjes doen; opletten dat ze door de knieeen blijven zitten2 passen: ik bal op verschillende lengten en richtingen aangooien, bal proberen te vangen tussen je knieen; op tijd rennen, laag eindigen, door de knieen; ieder 10 ballen; 3 rondjes3 passen: ipv vangen met armen en daarna met knieeen, nu direct terugspelen; bal op verschillende lengten en richtingen aangooien; opletten dat de armen tijdens het spelen bijna in contact komen met de knieen en niet hoger komen bij het initiele balcontact; ieder 10 ballen; 2 rondjesdrinken4 passen: nu in een rijtje achter elkaar, bal aangooien op korte plek; pas rennen als de bal mijn hoge hand verlaat en ik ""go"" zeg; terugpassen, gestrekte armen dicht bij de knieen; ik bal proberen op te vangen met 1 hand en direct weer kort ingooien voor de passer; 5 rondjes5 passen: ik bal aangooien, klaarstaan bij grondmarkering, 1 stap zijwaarts doen naar rechts en bal terugspelen; zo 5 ballen achter elkaar; telkens tussendoor terug naar grondmarkering; dan stap zijwaarts om bal te spelen; etc. opletten dat er zijwaart wordt afgezet door linkervoet; volgend rondje 5 ballen op linkerkant aangooien; volgend rondje 5 ballen random links/rechts aangooien; nog 1 laatste rondje random aangooien; opletten dan er eerst met de voeten wordt bewogen voordat de handen naar de bal gaan6 passen: nu met slag van mij (ik sta op de upper plek); passer klaarstaan bij grondmarkering dicht bij de 3 meter en buitenlijn; smash van mij met ""go"" en terugpassen naar upper-positie; opletten dat gewicht naar voren blijft, tijdens verplaatsing, tijdens het passen en daarna: telkens laag blijven en gewicht naar voren; 3 ballen per persoon, 2 rondjes;

• In ieder veld 
  • passer
  • afvanger 
  • aangooier op de 3m lijn
  • (totaal 6 spelers, extra spelers reserve 1 extra per positie)
• Onderhands aangooien, passen, afvangen 
• Achter je bal aan lopen

• Uitbreiden met:
  • Bovenhands aangooien
  • Aanslaan
  • Afvanger geeft korte bal terug op de 3m lijn, passer loop in
  • Passer schuift naar achter, afvanger slaat de bal rustig aan

1. allemaal een bal; 20 keer op de bal slaan terwijl de bal in de andere hand blijft; 

opletten dat het geluid goed is (wat holler en niet dof; dof komt als er meer met de palm wordt geslagen; holler als er met open vlakke hand wordt geslagen); 

de slaghand moet over de bal heenrollen; de andere hand door laten buigen bij slag

2. voor een muur staan, zelf met 2 handen een bal opgooien, op de grond smashen. 

Opletten: open/gedraaide heupen, niet-slag arm omhoog wijzen, slag-arm elleboog naar achteren (zoals pijl en boog), ontspannen arm en hand, 

pols over de bal heen zodat topspin ontstaat, slag-arm stoppen op ooghooogte; 

niet-slagarm bij slag binnen het lichaam houden en eindigend op de buik; 

freeze positie; nu moet het lichaam naar voren gebogen zijn, niet achterover vallend;

bovenhands serveren heeft verschillende vormen. In de basis is het dezelfde techniek als een honkbal pitcher. Die gooit de bal aan naar de slagman.

Bij dit gooien wordt de werp-arm op dezeflde manier ingezet, als bij bovenhands serveren bij volleybal.

Deze oefening begint met overgooien van een tennisbal. Hierbij lettend op de houding van de werp-arm: (voor rechtshandigen) 

https://www.youtube.com/watch?v=dkOUU1t7o00&feature=youtu.be

BEGIN POSITIE:

1. één meter achter de (service-)lijn;

2. bal in werp-hand, naar voren uitgestrekt;

3. linkervoet een halve voet vóór de rechtervoet;

ACTIE (1):

4a. instappen linkervoet naar (service-)lijn;

4b. en tegelijk (!) werp-arm naar achteren trekken;

CHECK POSITIE: heupen zijn open; elleboog is hoog; hand hoger dan hoofd;

ACTIE (2):

5. instappen rechtervoet;

6. indraaien heupen (sluiten);

7. bovenlichaam indraaien

CHECK POSITIE: gewicht is op linkervoet; bovenarm wijst richting plafond; onderarm naar achteren gebogen;

ACTIE (3):

8. op de bal slaan (meer dan er tegenaan slaan);

9. onderarm is hierbij niet helemaal gestrekt;

oefening 1

• aan iedere kant 1 passer op 5, een afvanger op 2/3 
• aan iedere kant 1 reserve passer
• 2 serveerders aan iedere kant.

bal word geserveerd op de passer, die speelt de bal naar de afvanger. je loopt de bal achterna, afvanger word serveerder aan de eigen kant.

oefening 2

• oefening blijft hetzelfde maar de afvanger speelt de bal nog eens naar de passer die de bal kort moet verdedigen

partijtje spelen in 4-2 systeem

met rood, geel en groen lintje aan het net vastmaken

alle posities doornemen in service en in ontvangst

opletten bij opstelling dat Spelverdeler (S), Buitenspeler (B) en Middelaanvaller (M) altijd schuin tegenover elkaar staan

Volgorde van opstellen linksom is S, B, M (Sla die Bal Maar)