Handbaloefeningen voor de techniek warming-up
- iedereen staat in de midden aan de middellijn
- iedereen heeft een bal behalve de eerste speler
- naar rechts en links uitwaaien
- achter elkaar keeper ingooien
- keeper geeft aan waar
Elke speler eigen bal. Eerst normaal ingooien.
- Drie pionnen of "pommers" op elke opbouw in een lijn leggen
- Twee maal om de pion of pommes, en daarna werpen op het doel.
- Afronden met strekworp of sprongworp
Let op: arm hoog, goede been voor, nawijzen van de bal, rompwerking.
Doel: voetenwerk en werpen.
- alle spelers verdelen zich aan de 6m lijn van links naar rechts met bal
- keeper nu ingooien
- keeper geeft aan waar
- Tweetallen tegenover elkaar op de midden van een helft
- 3x3sec contact maken (handen tegen de schouder, verdedigende oefening) / daarna wegsprinten naar de zijlijn / uitbouwen naar 4x kort achter elkaar contact zoeken
- 3x springen en elkaar high five geven en daarna wegsprinten naar de zijlijn
- Deze oefening paar keer herhalen.
- Alle achter de achterlijn
- sprint 60% tot helft van 1 helft
- dan 100% sprint tot de middellijn
- dit paar keer herhalen
- met verschillende begin phases bijv. op voervoet trippelen
- vanuit planken wegsprinten, met gezicht naar de muur
- rekken samen in een cirkel aan de middellijn
- iedereen moet 1 rekoefening voordoen, de rest voert hem ook uit
- warm lopen met bal over het hele veld
- bal moet je tippen
- bal moet in beweging zijn
- handen
- Hoog (rechts-links)
- Laag (Rechts-links)
- Vrij, 9 meter sprongshot
Iedereen een bal en stuiteren door 6 meter gebied. Verschillende oefeningen doen:
- bal af en toe door de benen stuiteren
- bal achter de rug langs stuiteren
- bal van iemand anders proberen weg te tikken.
- Op de plek stuiteren, al stuiterend zitten, dan liggen en dan weer staan.
- Met de verkeerde hand stuiteren
Variant met het fluitje:
- 1 keer fluiten is met verkeerde hand gaan stuiteren,
- 2 keer fluiten is de bal overspelen naar iemand die je ziet,
- 3 keer fluiten is snel naar de zijlijn stuiteren met de bal en weer terug.
Basis:
- Knieheffen (skippings),
- Hinkelen,
- Aansluitpas,
- Kruispas,
- Strekloop (Potlood),
- Huppels,
- Hakken billen,
- Loopsprong en Lang maken.
Gevorderden:
- Kaatsen,
- Knieheffen met 1 been,
- Stijg sprongen,
- Trippling,
- Pendeloop (paardenpas).
- Met tweetallen in het midden van de zaal gaan staan.
- Je doet met dit tweetal 'steen- papier - schaar' en wie verliest moet zo snel mogelijk de winnaar tikken.
- De winnaar moet zo snel mogelijk de muur aan zijn kant van de zaal proberen aan te tikken.
- Iedereen met een bal in een aangewezen gebied stuiteren.
- Er staan pionnen, 1 minder dan het aantal mensen.
- Op JA pakt iedereen zo snel mogelijk een pion.
- Degene die overblijft valt af.
- Haal 1 pion weg en doe opnieuw.
- Wie blijft als laatste over?

Voortbewegen met bal
- Tippen (rechts, links of afwisselend)
- Bal rollen, oppakken, rollen
- Bal omhoog gooien, (evt 1x laten stuiten), opvangen
- Achter rug omhoog gooien, voor weer opvangen
- Bal om heup heen cirkelen
- Bal onder knie door bij elke pas
- Idem, met knieheffen
- Voetbaldribbel
- Bal voor je houden en lopen / hakken-billlen / knieheffen
- Werpschijnbewegingen maken in loop
- Passeerbewegingen maken in loop
Hierna D3 op een rij, dribbelen op de plaats, op fliutje starten en kijken wie het snelst sprint, dit ivm breakouts lopen