Voetbaloefeningen voor o13 jeugd
- Leg zo snel mogelijk 5x de afstand van 10 meter af.
- Zet 2 pionnen/lijn op 10 meter afstand.
- De speler rent tussen deze pionnen 5x heen en weer.
- De pion/lijn moet geraakt worden met de voet !
- De spelers werken in paren.
- De ene speler rent en de andere speler klokt.
- Leg in 12 minuten een zo groot mogelijke afstand af.
- Rondom voetbalveld pionnen op elke 10 meter.
- Na 12 min stopt de speler op de plek waar hij dan staat.
- De afstand tot het pionnetje achter hem/haar telt.
- Staat de speler tussen pion 14 en 15 telt de afstand van 140 meter (plus het aantal volledig afgelegde rondes)
- Zet 4 pionnen in een T-vorm.
- 5 meter afstand naast elkaar (tussen 3,2 en 4) en 10 meter vooruit (tussen 1 en 2)
- Start bij 1 vooruit naar 2,
- dan links zijwaards naar 3,
- dan rechts zijwaards naar 4,
- dan links zijwaards naar 2
- en achteruit naar 1.
- Noteer de snelste tijd in 2 pogingen.
- Spelers werken in paren. 1 rent, 1 klokt.
- De speler zit met de rug tegen de muur en zijn benen in een hoek van 90 graden.
- Houd dit zo lang mogelijk vol.
- Spring zover mogelijk vanuit stilstand met de voeten naast elkaar.
- Meet de afstand tussen de afzetlijn tot de hiel.
- Zet 4 pionnen met verschillende kleuren in een vierkant met 3 meter tussenruimte.
- Markeer het middelpunt.
- De speler staat op het middelpunt en komt hier ook steeds naar terug.
- De coach roept een kleur en de speler dient deze zo snel mogelijk aan te raken met zijn voet.
- Tel het aantal juist aangeraakte pionnen in 2 minuten.
- 5 spelers in een vier kant van 8 x 8 meter.
- Op elke hoek 1 speler en in het midden een speler.
- De bal wordt rond gespeeld.
- De spelers die de bal rondspelen mogen de bal maar twee keer raken.
- De speler in het midden moet de bal raken of veroveren.
- Als hij/zij de al heeft of heeft geraakt neem deze speler de positie over van de speler op de hoek die de bal het laatst geraakt heeft.
- Ook de speler die de bal buiten speelt moet de plek innemen van de speler in het midden.
- De volgende oefening bevat veel snelheid, wendbaarheid, coördinatie, passing en zelf duel.
- Een snelheidsoefening die men kan leggen op gelijk welk moment van de training.
- Elke leeftijdsgroep kan deze oefening uitvoeren. Er zijn voldoende variaties mogelijk die je zelf kan toepassen.
- Bij de jongere en zelf de oudere groepen is het FUN-aspect ook aangenaam.
- Deze snelheidsvorm kan je toepassen op verschillende afstanden. Het is vooral belangrijk te kijken naar je leeftijdsgroep en wat je wil bereiken.
- Beide spelers A vertrekken met duel schouder aan schouder tot tussen de paaltjes.
- (1), Ze versnellen dan rond het potje en gaan rugwaarts naar de stok
- (2,3). Achter de stok geweest, gaan ze zijwaarts over de horden
- (4). Opnieuw gaan ze achter de stok en versnellen voorwaarts naar de verste stok
- (5). Weer rugwaarts naar de andere stok
- (6) om vervolgens een bal ingespeeld te krijgen van B
- (7) waarop A afwerkt op doel
- (8).Speler die het eerste afwerkt wint.
- Bij de oudere leeftijden kan je de verliezer vb laten pompen of een extra opdracht uitvoeren.
- Bij jongere leeftijden tel je de punten op.
- A gaat plaats innemen van B en B gaat naar A.
- Als variatie kan je de spelers B de bal laten opgooien zodat A de bal moet binnen koppen in het doel.
- Zoals je ziet draait alles om snelheid, wendbaarheid en coördinatie.
- Wie wint is altijd leuk en er wordt hard gewerkt.
- Veel plezier met deze snelheidsoefening en laat ons maar weten wat je er van vond.

In tweetallen:
- Overspelen door de poortjes van dopjes,
- 1 sprint naar de goal, ander dribbelt door pionnen, speelt de bal,
- de gene bij de goal kaats terug, de ander schiet op goal en loopt er achter aan.
- Speler bij de goal bal pakt de bal en schiet naar de volgende twee,
- samen terug, half om half kruiwagen.
In tweetallen:
- Rondje om veld.
- Bal uit de goal, dribbelen naar het midden,
- Balanceer oefening
- Terug naar de goal dribbelen
- Half rondje veld
- Kruiwagen heen
- op de rug terug
- half rondje veld

Afmetingen:
- 20m x 40m
Organisatie:
- Er word 6 tegen 5 + keeper gespeeld.
- Als de partij die op de grote goal moet scoren de bal is kwijtgeraakt, moeten ze 5 doeltjes verdedigen.
- Na 15 minuten wisselen van helft.
Opmerkingen:
- Als de aanvallers van de driehoekjes partij de bal kwijtraken, kan dit heel snel een tegendoelpunt opleveren.
- Vooral de spelers die in de competitiewedstrijden te weinig meeverdedigen kunnen deze partijvorm niet leuk vinden.
Aandachtspunten:
- Op tijd de man dekken.
- Niet happen.
- Aan de goede kant dekken.
- Houding tijdens de duels, door de knieën.
- De spelers vormen 3-tallen
- 2 spelers staan bij 1 pion en de andere daar tegenover.
- De voorste van de 2 spelers krijgt de ballen en speelt de speler tegenover haar recht in de voeten aan. Vervolgens sprint deze naar de speler en gaat bij de pion staan.
- De andere neemt de bak aan en speelt de bal naar degene daar tegenover.
- Dit herhaalt zich.
- Doordat ze in 3 tallen werken, zijn ze lekker actief.
- Variatie:
- er wordt gedribbeld met de bal aan de voet.