Basketbaloefeningen voor de techniek conditie
Twee-of drietallen
- Schot vanaf elleboog = 2 punten.
- Schot vanaf laag buiten bucket = 1 punt.
- Schutter schiet vanaf elleboog, slides naar de zijlijn.
- Biedt aan laag buiten bucket, schot, slides naar de zijkant.
- Let op: jumpstop en schot!
Tot 15 punten
2 spelers starten op baseline.
- Ze sprinten naar elbow en achteruit weer naar baseline,
- Vandaar SLIDES naar corner baseline en dan een sprint naar de zijlijn ander kant.
- Spelers gaan op de zijlijn staan, ver genoeg van elkaar af.
- Bij het startsignaal gaan ze 17 keer over de breedte van het veld rennen.
- Iedere zijlijn aangeraakt is +1, dit doen ze dus 17 keer binnen een tijdlimiet.
Doel: deze oefening is gemaakt om spelers meer in een rechte lijn de basket aan te vallen in een 1 tegen 1 situatie.
Per tweetal 1 bal.
Per tweetal 1 bal.
- Buitenste man dribbelt de bal en gaat 1x rond om de pion.
- Binnenste man gaat slalommend tussen de paaltjes door waarna een 1 tegen 1 situatie ontstaat.
- Daarna bal afvangen en chest pass naar elkaar richting de andere kant van het veld.
- Daar tikt de buitenste man, dezelfde als bij het eerste stuk, de pion aan en checkt de bal.
- Door middel van uitlokken de verdediging er langs proberen te komen: jab step, pump fake, low swing etc.
Team staat vaak te wachten met hele team om bal in te nemen.
- 1 speler start met de bal op de achterlijn. Andere spelers zonder bal.
- Op startsignaal gaat speler 1 dribbelen met de bal naar de middenlijn
- De andere spelers sprinten naar middenlijn.
- Wie trager is dan speler 1 sprint 1x veld op en neer.
Variant: deze oefening kan ook met een rebound worden gedaan. Trainer rebound de bal en speelt bal naar speler 1. Rest start vanaf de achterlijn.
- 2 spelers starten in corner baseline.
- Sprinten naar elbow van de paint, daar draaien ze een rondje.
- Van daaruit naar middellijn - zijlijn en daar ook een rondje
- Dan naar elbow paint andere zijde, rondje en dan naar corner.
- 4 pylonnen neerzetten
- 2 spelers met bal onder de basket.
- Gooi bal tegen bord en pass oullet (krijg bal terug, pass weer en maak layup, gaat dan naar de andere kant)
- Passer loopt naar de volgende pylon (liefst 2 man per pylon)
- Laatste passer pakt rebound en start met bal tegen bord.
Iedereen een bal en verdelen over de lengte van het veld
- Dribbel heen en weer (jumpstop, pivoteren aan de overkant, of blijf door dribbelen)
- Warmingup: beginnen langzaam, 50, 70, 100%
Varianten:
- Dribbel links heen, rechts terug
- 2x links, 2x rechts
- Bal over de grondrollen (8-tjes maken)
- Bal vast en met 2 benen springen
- The Crab
- Tussen de benendoor (high en low)
- Lijnen aantikken onderweg
- Onderweg 5x opdrukken, 10 buikspieren, 30 sec tappen
- Lage dribbel (snel links/rechts),
- Hoge dribbel met huppel, achteruit.
- Achter de rug langs, draai om as,
- Stilstaand: door de benen (stap uit, dribbel, stap terug), 8-tjes laag dribbelen, achter je rug langs,
Verdelen over de baseline (met bal)
- Tappen, opdrukken, sit-ups, springen, op buik liggen, planken
- Nna fluitsignaal sprinten naar de middellijn...daarna uitlopen naar andere achterlijn.
- Daar weer oefening
- Eventueel met laatste laten opdrukken (tempo)
- 4 pylonnen neerzetten
- 2 spelers met bal onder de basket.
- Gooi bal tegen bord en pass oullet (krijg bal terug, pass weer en maak layup)
- Laatste passer pakt rebound en start met bal tegen bord.
- Alle spelers beginnen in het midden.
- Vervolgens gaat (in dit voorbeeld blauw) zigzaggend door de pionnen heen ( maak bij elke pion een cross-over naar de buitenste hand)
- Daarna, word er een rechter of linker lay-up gemaakt.
- De bal word zelf gerebound en de speler loopt dan naar de mat.
- Bij de mat rolt de speler de bal voor zich uit,
- Vervolgens maakt hij een koprol om het matje, dan staat hij/zij op
- En rent achter de bal aan, en spring naar de bal toe.
- Nadat de bal gevangen is, loopt de speler terug naar het midden toe en sluit achter 1 van de 2 rijtjes aan
Let op: Doe dit alleen in een veilige omgeving waar geen hinderingen zijn van obstakels en mensen.
Pylonnen neerzetten (zig/zag tot middellijn)
- Verdedigende slides tot middellijn
- Sprint naar achterlijn
- Uitlopen op achterlijn
- Sprint naar middellijn en uitlopen naar achterlijn.
Opzet:
- Eventueel aan 2 kanten opzetten en tegen elkaar
- Dan: zig/zag, sprint heen en weer en weer zig/zag)
- Eventueel met bal (slalom)