Basketbaloefeningen voor de techniek dribbelen
2 baskets, blijf continu doorgaan
- Na aanval verdedigen
- Je verdedigt 3 x 2, de outlet staat te wachten
- Je wordt outlet als je voor het laatst de bal aanraakt bij de aanval
- Warming-Up voor U16, waarbij de focus vooral ligt op het warm worden in combinatie met een beetje ballhandling.
- 10 minuten:
- 5'rechts
- 5'links
- 2 lijntjes
- rechterkant 2 ballen
- helft van spelers rechterkant
- helft van spelers linkerkant om te rebounden
Kleine zaal met 4 baskets:
- Rondjes lopen met lay-ups over alle baskets.
- Na fluit opdrukken, tappen, planken, springen met bal in handen vast.
- Na fluit omdraaien en met links.
- Na fluit versnellen.
Iedereen heeft & basketbal en 1 tennisbal:
- Dribbelen met de tennisbal (basketbal niet gebruiken)
- Dribbelen -> tennisbal opgooien en onderhands terug vangen
- Dribbelen -> tennisbal laten vallen -> tennisbal bovenhands in een snelle beweging terug nemen.
- Dribbelen -> tennisbal kort omhoog gooien -> tennisbal bovenhands in een snelle beweging terugnemen
- Dribbelen -> tennisbal laten vallen -> crossoverdribbel -> tennisbal bovenhands in een snelle beweging terug nemen
- Dribbelen -> tennisbal opgooien -> crossoverdribbel -> tennisbal opvangen voordat die op de grond valt
- Dribbelen -> tennisbal opgooien tegen de muur -> tennisbal terug opvangen
Achter elkaar op de vrije worplijn en elkaar proberen eruit te schieten
- Beginopstelling:
- Alle spelers hebben 1 bal.
- Alle spelers staan binnen de driepuntlijn.
- Verloop:
- Iedereen is tikker met bal.
- Bal wegtikken van de andere spelers.
- Wie bal kwijt is, ligt eruit.
- Progressie:
- Als de groep kleiner wordt, maak je de cirkel kleiner.
- Regressie:
- NA
Groep verdelen in 2-tallen.
Passend naar de overkant:
- Bij de middellijn: speler aan de binnenkant dribbelt naar kop van de bucket en geeft pass aan de speler aan de buitenkant die scoort met lay-up/schotje (variant)
- Speler die pass gegeven heeft loopt door naar de andere zijlijn en ontvangt outlet, passend tot aan de middellijn terug en weer schot/layup
- Belangrijk dat ze geen lopen maken tijdens het passen en dat de spelers wisselen (binnen- en buitenkant)
- Al dribbelend hurkzit en staan afwisselen.
- Al dribbelend gaan zitten en weer opstaan.
- Al liggend op de rug dribbelen; op teken al dribbelend opstaan.
- Al dribbelend gaan liggen en weer opstaan.
- De docent zet met pionnen 3 vakken van ongeveer gelijke grootte uit.
- Het handigste is om de volleybal lijnen te gebruiken (zie plattegrond).
- Er zijn drie vakken (zie plattegrond):
- Links: baronnen vak (verliezersvak)
- Midden: prinsen vak (neutraal vak)
- Rechts: king of the court vak (winnaarsvak)
- Alle leerlingen gaan in het middelste vak staan.
- Met een signaal van de docent start het spel.
- Alle leerlingen moeten proberen de bal van een andere leerling uit het vak te tikken/slaan.
- Als dit lukt schuift je een vak naar rechts op.
- Als je bal wordt weg geslagen schuif je een vak naar links op.
- Als je in het rechter iemands bal uit het vak slaat/tikt scoor je een punt.
- Als je bal uit het winnaarsvak wordt geslagen verlies je alle behaalde punten.
- Als je bal in het linker vak wordt weggeslagen gebeurd er niks en blijf je staan.
- Als de docent het eindsignaal geeft is degene met de meest punten king of the court en heeft hij/zij gewonnen.
2 rijtjes, 1 bal per rij.
Buiten op het kleine veld:
Buiten op het kleine veld:
- Start op achterlijn en layup maken (1 kans), pass naar volgende in de rij
- Opdrukken als je mist
- Wedstrijdje tot de 10
- Zet een rij pionnen neer en geef ieder kind een eigen basketbal.
- De kinderen worden uitgedaagd dribbelend om de pionnen te slalommen.
- Ze mogen de pionnen niet raken en ze mogen hun bal niet verliezen.
- De kinderen lopen rustig achter elkaar aan. Het tempo wordt geleidelijk opgevoerd.
- Als de kinderen meer balcontrole krijgen, zet je nog een rij pionnen neer, parallel aan de eerste rij.
- Laat de kinderen een wedstrijdje doen: wie het eerste foutloos, dribbelend om de pionnen weet te slalommen heeft gewonnen.
- Laat de winnaars ook tegen elkaar spelen, totdat er één winnaar overblijft.
- Een goede basketbaloefening voor meer balcontrole.