Basketbaloefeningen voor u12 jeugd

Uitvoering
  • De spelers dribbelen langs de buitenlijn van het veld.
  • Op verschillende punten langs de lijn positioneert een trainer, coach of hulptrainer zich om te proberen de bal te onderscheppen.
  • De spelers passeren de coach door middel van een schijnbeweging of door snel van hand te wisselen. Ze zijn hier vrij in.
  • Laat de spelers dribbelen met zowel hun sterke hand als hun zwakkere hand.
  • Wanneer de spelers bij de basket komen, mogen ze proberen te scoren met een lay-up.
drawing Dribbelen langs de zijlijn
Beginopstelling
  • 1 verdediger ter hoogte van de vrije worplijn
  • 1 verdediger ter hoogte van de middencirkel
  • 1 verdediger ter hoogte van de vrije worplijn
  • Kegels plaatsen aan beide uiteinden
Verloop
  • Aanvallers dribbelen voorbij de 3 verdedigers
  • Verdediging krijgt 1 punt voor elke speler die ze kunnen tegenhouden
  • Aanvallers krijgen 1 punt als ze 3 verdedigers kunnen passeren
Progressie
  • Kegels dichter bij elkaar
Regressie
  • Kegels verder van elkaar
  • Verdediging met 1 hand achter de rug
drawing Verdedigers passeren tussen kegels
Basisopstelling
  • Drie groepen aan de baseline.
  • De middelste groep heeft de bal.
Verloop
  • De middelste speler kiest naar wie hij of zij een pass geeft, links of rechts.
  • De speler die de bal krijgt, dribbelt tot aan de middellijn.
  • De speler die de bal niet krijgt, loopt tot aan de middellijn.
  • De buitenste spelers spelen twee tegen één.
drawing 2-tegen-1 aanvalssituatie
Beginopstelling
  • 1 verdediger ter hoogte van de vrije worplijn
  • 1 verdediger ter hoogte van de middencirkel
  • 1 verdediger ter hoogte van de vrije worplijn
  • Kegels geplaatst aan beide uiteinden van het veld
Verloop
  • Aanvallende speler dribbelt voorbij de 3 verdedigers
  • Aanvallende speler maakt een lay-up aan het einde
  • Aanvallende speler sprint terug met de bal over de volledige lengte van het veld
  • Verdediging krijgt 3 punten voor elke speler die ze kunnen tegenhouden
  • Aanvallende speler krijgt 1 punt als ze een verdediger kunnen passeren
Progressie
  • Kegels dichter bij elkaar plaatsen
Regressie
  • Kegels verder van elkaar plaatsen
  • Verdediging speelt met 1 hand achter de rug
drawing Verdediging passeren tussen kegels
Beginopstelling
  • Alle spelers hebben één bal.
  • Alle spelers staan binnen de driepuntlijn.
Verloop
  • Ieder speler is een tikker met de bal.
  • Tik de bal weg van de andere spelers.
  • Wie zijn bal kwijt is, ligt eruit en doet perfecte schoten.
Progressie
  • Als de groep kleiner wordt, maak je de cirkel kleiner.
drawing Dribbel knock-out
Beginopstelling
  • Vorm per twee spelers een team.
  • Elk team heeft één bal.
  • Maximaal twee teams per doel.
Verloop
  • Speel 1-tegen-1.
  • De verdediger past de bal naar de aanvaller ter hoogte van de driepuntlijn.
  • Elk team speelt om de beurt om elkaar niet in de weg te lopen.
  • Elk team blijft op zijn eigen helft.
Progressie
  • Maximaal drie dribbels toegestaan.
Regressie
  • Verdediger speelt met één hand achter de rug.
  • Verdediger speelt met beide handen achter de rug.
drawing 1-tegen-1 op een kwart veld
Basisopstelling:
  • 3 spelers in verdediging
  • 3 spelers in aanval
  • Spelers die niet deelnemen wachten aan de middellijn in 3 groepen
  • Coach heeft de bal
Verloop:
  • Coach past naar 1 speler
  • Speler die ertegenover staat, loopt eerst tot de middellijn en keert dan terug in verdediging
  • Spelen 3 tegen 3
  • Bij balverlies, score, rebound gaat de bal naar de coach
  • Aanval wordt verdediging
  • Snel terug opstellen en volgende groep speelt
Regressie:
  • Verdediger minder ver laten lopen
drawing 3 tegen 3 spel
Beginopstelling
  • Gebruik het hele veld.
  • Twee spelers staan rechts op de middellijn klaar voor een lay-up.
  • Twee spelers staan links op de middellijn klaar voor een lay-up.
  • Drie spelers staan rechts aan de zijlijn, ter hoogte van de vrije worplijn.
  • Drie spelers staan links aan de zijlijn, ter hoogte van de vrije worplijn.
Verloop
  • Spelers aan de middellijn starten met hun lay-up.
  • Na de lay-up nemen ze hun eigen rebound en geven een outlet pass naar de wachtende speler aan de zijlijn.
  • Daarna sluiten ze aan aan de zijlijn, ter hoogte van de vrije worplijn.
Uitvoering
  • Lay-up, power lay-up, lay-back, jump stop.
Progressie
  • Richtingsverandering ter hoogte van de driepuntlijn.
  • Cross-over, achter de rug, reverse dribbel aan de middellijn.
  • Na de lay-up blijf je staan in verdediging.
Regressie
  • Neem een schot in plaats van een lay-up.
drawing Lay-ups met outlet pass
Uitvoering
  • Blauw begint achter de vrijeworpenlijn.
  • Rood staat met de bal en zijn rug tegen blauw aan.
  • Op het startsein sprint blauw naar de baseline en keert terug om te verdedigen.
  • Rood sprint naar de middellijn en keert terug om aan te vallen.
  • Het doel is altijd om te scoren.
drawing 1-tegen-1 duel
Beginopstelling
  • Elke speler heeft één bal aan één kant van het veld.
  • De coach staat duidelijk opgesteld om de oefeningen voor te doen.
Uitvoering
  • Elke oefening duurt 30 seconden en wordt zowel met de rechter- als de linkerhand uitgevoerd.
Oefeningen
  • Laat de bal rond het lichaam gaan zonder te dribbelen.
  • Met gespreide benen, houd de bal tussen de benen, één hand vooraan en één achteraan, laat de bal los en wissel snel van hand.
  • Maak een achtbeweging rond en door de benen zonder te dribbelen.
  • Gooi de bal opwaarts en vang hem achter de rug, eerst laag en dan steeds hoger.
  • Dribbel rond één been; 10 keer en dan rond het andere been, wissel van richting.
  • Dribbel op kniehoogte naast het lichaam, links en rechts.
  • Dribbel heel laag voor het lichaam, links en rechts.
  • Voer een crossover voor het lichaam uit met 2 dribbels.
  • Voer een crossover voor het lichaam uit met 1 dribbel, houd de bal laag.
  • Blijf stil staan en dribbel door de benen van voor naar achter met 1 dribbel.
  • Blijf stil staan en dribbel door de benen van voor naar achter in een 8-vorm, in beide richtingen, links en rechts.
  • Voer een V-dribbel uit met 1 hand voor het lichaam, links en rechts.
  • Voer een in-en-out dribbel uit voor het lichaam, links en rechts.
  • Dribbel naast het lichaam van voor naar achter op kniehoogte, links en rechts.
Progressie
  • Wie kan het meest door zijn benen dribbelen?
drawing Balvaardigheidstraining
Uitvoering
  • Gebruik twee ballen.
  • Iedereen staat achter elkaar op de vrijeworplijn.
  • De eerste speler schiet en probeert te scoren. Als je mist, probeer je toch af te werken.
  • De tweede speler moet zo snel mogelijk scoren.
  • Als de speler achter jou eerder scoort, ben je uit.
Uitvoering
  • Vorm twee rijen: één op de baseline en één op de vleugel, schuin over elkaar.
  • De eerste persoon van de groep op de baseline heeft geen bal.
  • Deze speler loopt langs de baseline en vraagt de bal aan de vleugel.
  • In één beweging: jump stop en schot, of jump stop, pivoteren naar het doel en schot.
  • Variëren is mogelijk.
  • De speler op de vleugel loopt naar de elleboog van de bucket en vraagt de bal.
  • In één beweging: jump stop en schot, of jump stop, pivoteren naar het doel en schot.
  • Pak je eigen rebound en schuif door naar de andere rij.
drawing Schietoefening met baseline en vleugel