Basketbaloefeningen voor de techniek vangen
Vereisten:
- twee voeten samen stoppen, pivoteren, lay-up en jumpshot moet gekend zijn
Doel:
- Bij pass naar de bal toe springen waarbij voeten correct neerkomen om volgende beweging te starten. (pivoteren, start dribbel)
Organistatie:
- Coach geeft passen vanop postitie 1, afwisselend li en re van ring werken. Pas geven waarbij jump-to-the-ball van toepassing is.
- Speler start onder de ring (2 groepen van 5 a 6 spelers, waarvan twee/groep een bal hebben) ==> snelle; explosieve oefening.
- Loopt naar kegel onder de ring en duwt zich snel af richting kegel op spot 2 of 3 positie
- Maakt vanaf de kegel beweging naar bal om pas te krijgen en jump-to-the-ball uit te voeren.
- Na krijgen bal pivoteren en richting ring aanvallen (eerst lay-up, nadien shot)
- Na afwerken van kant wisselen en bal doorgeven
Teachingpoints:
- snelle explosieve beweging bij vrijspelen
- correcte balaanname (handen tonen) en plaatsing voeten
- pivoteren en snel ring aanvallen zonder loopfouten
- vrij spelen op 1 of 2 baskets, afhankelijk van het aantal spelers.
- DOEL: snel passen, snijden, helpside, ballside, boxing-out.
- Eerste team bij 5.
- Verliezer push-ups 6.
- Vier pylonnen, rijtjes met 1 bal.
- Speler met bal dribbelt naar het midden, jumpstop, pivot (rechtervoet, draaien naar rechts) en pass.
- Achter aansluiten in rijtje waar naar je passt.
- Variant:
- Naar links pivoteren en passen.
- Opmerkingen:
- Goeie jumpstop maken.
- Tweetallen van baseline naar baseline snelwandelen aan rechterzijde van het veld,
- ondertussen chest-pass heen en weer,
- onderlinge afstand ca 3 meter.
- Retour aan de linkerzijde, maar dan met bounce-pass
- Insnijden sec
- Dat wil zeggen zonder verdediger
- Speler 1 snijdt in
- Ontvangt de pass en maakt lay-up
- Twee man rondom de bucket ter verdediging
- Drie aanvallers:
- Aanvaller 1 passt de bal naar aanvaller 2
- Alle drie de aanvallers passen de bal rond totdat er 1 een gaatje ziet en in de bucket kan stappen
- Deze krijgt de bal aangepast en probeert te scoren
- Tot 5 punten, daar na rol omdraaien en de aanvaller die minste gescoord heeft, blijf in de aanval
- 2 tallen paar meter uit elkaar
- x aantal chesst pass
- x aantal bounce pass
- x aantal overhead pass
- x aantal bounce pass uitstap
- x aantal baseball pass
- Evt toevoegen
- Verdediger
- pass uit de dribbel
- Maak vierkant, 3 tegen 2.
- Team van 3 moeten X keer passen zonder dribbel.
- Aandachtspunten:
- Goed pivoteren, bescherm de bal, goed passen, rustig blijven.
- Als iemand slechte pass geeft (boog pass) dan hele team opdrukken.
- Afhankelijk aantal ballen.
- Tweetallen of alleen.
- Bij Alleen.
- Start op je positie, dribbel naar overzijde basket.
- Set of Jumpshot van je positie (Guard, forward, center)
- Tot 8 raak.
- Bij tweetallen.
- Start op je positie, passend naar de basket overzijde.
- Laatste pass moet goed zijn zodat schutter in jumpshot klaar staat voor zijn/haar schot.
- Tot 4 raak per speler!!!!!
- Verliezers, 1x heen en terug slides in de breedte.
- Heen wordt de klassieke weave gelopen.
- Terug wordt tot aan de middellijn de weave gelopen.
- De volgende 3 spelers die klaar staan om de weave te gaan lopen, vangen de huidige 3 spelers half court op en er ontstaat een 3 versus 3 situatie waaruit er altijd gescoord moet worden.
- Na de score lopen de nieuwste 3 spelers de weave en gaan de volgende 3 deze spelers half court opvangen voor een 3 versus 3.
groep verdelen in 2-tallen.
Passend naar de overkant:
- Eerst 2-tallen passend rond het hele veld.
- 3 meter afstand, geen lopen maken
- Variant: bij de middellijn:
- speler aan de binnenkant dribbelt naar kop van de bucket en geeft pass aan de speler aan de buitenkant die scoort met lay-up/schotje
- Speler die pass gegeven heeft loopt door naar de andere zijlijn en ontvangt outlet, passend tot aan de middellijn terug en weer schot/layup
- Links en rechtsom
Belangrijk dat ze geen lopen maken tijdens het passen en dat de spelers wisselen (binnen- en buitenkant)
- Pass achter de rug om (tegelijkertijd passen)
- Spelers tegenover elkaar (gooi bal omhoog), andere speler passt, pass terug en van eigen bal)
- Zelfde oefening maar nu met klap (in handen klappen)
- Pass oefeningen tegenover elkaar (1 bounce, andere chest)
- Pass oefening (uitstappen en pass met 1 hand, opposite)